kosten kan dit evenwel veranderen. Tegenover de opgesomde voordelen van het grote be drijf staan enkele nadelen. Bij een daling van de prijzen voor mestvarkens loopt een gespe cialiseerd grootbedrijf aanzienlijk meer risico dan een klein niet-gespecialiseerd bedrijf. Hier staat echter tegenover dat het tegen minimale kosten produceert, waardoor men de risico's beter kan opvangen. Toch is het nuttig voor het grote mestbedrijf, dat er enige reserves worden gekweekt om de slechtere perioden te overbruggen. Ook het optreden van ziekten kan op een grootbedrijf het financieel resultaat sterk ongunstig beïnvloeden. Goed vakman schap van de ondernemers kan dit laatste na deel verminderen. De ontwikkeling naar grotere eenheden In de afgelopen jaren zijn een aanzienlijk aan tal bedrijven met 200-300 varkens ontstaan. Omdat de behoefte aan varkensvlees steeds toenam betekende de vorming van dergelijke bedrijven niet direct een volledige verdringing van de kleinere bedrijven. Er is enerzijds een zekere mate van specialisering te bespeu ren, terwijl anderzijds, getuige het aantal var kenshouders, ook een aantal bedrijven is gestopt. Dit zijn meestal bedrijven met kleine aantallen varkens. Een groot aantal kleinere varkensbedrijven heeft zich overigens weten te handhaven. Vanouds is immers de varkens houderij een onderdeel van het gemengde be drijf op de zandgronden. De arbeidskosten spelen hier een veel geringere rol; men kan gemakkelijk een klein aantal varkens bij de rest van het werk verzorgen. De lasten uit hoofde van kapitaalinvestering zijn bij deze bedrijven vaak ook gering omdat oude be drijfsgebouwen worden benut. Het is duidelijk dat wij hier niet te maken hebben met een be- drijfs-economische kostencalculatie, en dat hier een geheel ander winstbegrip opgeld doet als bij de bovengenoemde grote bedrijven. Verder blijkt dat de voederconversie ook niet veel afwijkt van de grote bedrijven. Men kan dus zeggen dat er op het gemengde bedrijf nog lange tijd mogelijkheden zullen blijven om varkens te houden. Pas wanneer het aanbod ver boven de vraag zou uitgaan, waardoor de prijzen sterk zouden zakken, zullen deze kleinere bedrijven met varkenshouden stop pen. Wat de gespecialiseerde bedrijven be treft, mag men verwachten dat zij de sprong naar de omvang zoals die bedoeld is in het Plan Mansholt, gemakkelijk zullen kunnen ma ken, temeer daar de investeringen die nodig zijn voor de bedrijfsgebouwen relatief niet zo hoog hoeven te zijn. 287

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1969 | | pagina 77