Op de eerste plaats ligt het naar mijn mening niet op de weg van een bankinstelling om een fonds te beheren waaruit steun verleend wordt in financieel moeilijke gevallen. Behalve dat zo'n fonds niet zonder gevaar is voor een zui ver en verantwoord financieringsbeleid, zou de uitvoering van het fondsbeleid in de praktijk grote moeilijkheden meebrengen. Het gevaar is niet denkbeeldig, dat de mening postvat, dat er een zekere claim op dit fonds zou bestaan. Voorts lijkt het mij ondoenlijk om van geval tot geval uit te maken wie wel en wie niet voor steun in aanmerking zou komen. Ook al zou dit fonds over ruime middelen be schikken, dan nog zou financiële steun uit een dergelijk fonds een druppel op een gloeiende plaat betekenen. Overigens zou ik erop willen wijzen, dat deze moeilijke gevallen niet van hulp verstoken blij ven. Voor levensvatbare bedrijven met vakbe kwame ondernemers die in financiële moei lijkheden verkeren biedt de Rijksgroepsrege ling Zelfstandigen in het kader van de Bij standswet redelijke mogelijkheden om de moei- De heer Van Berkel van de boerenleenbank Boxtel over het belang van ontwikkelingshulp

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1969 | | pagina 43