ConsumptieJ krediet in nieuwe wet De ontwikkeling van het bankwezen vraagt van de overheid, van tijd tot tijd de wetgeving te herzien die daarop betrekking heeft. In ons land zijn er niet veel wetten die op het bank wezen betrekking hebben: de overheid laat de banken zoveel mogelijk vrij. Er bestaat al wel zeer lang een wet, die misbruik op het gebied van kredietverlening moet tegengaan. Deze wetgeving dateert uit de tijd toen woeker een nog regelmatig voorkomend verschijnsel was. De bestaande wet op dit gebied, de Geld- schieterswet, stamt uit 1932. Na jarenlange voorbereidende studies is er thans een wets ontwerp uit de bus gekomen, waarin de oude Geldschieterswet een verjongingskuur heeft ondergaan en zelfs van naam is veranderd. Het nieuwe wetsontwerp draagt de aanduiding 'Wet op het consumptief krediet'. In het wetsontwerp wordt vastgehouden aan het bestaande beginsel, dat de overheid ver gunning moet verlenen voor het uitoefenen van het kredietbedrijf in een bepaalde vorm. Van zelfsprekend is ook een toezichthoudende rol van de overheid in het ontwerp opgenomen. Bij het verlenen van vergunning zal rekening gehouden worden met de reële bestaansmo gelijkheden en ontplooiingskansen van parti culiere geldschietbanken naast overheidsbe drijven. Een belangrijk punt in het wetsontwerp is verder de bepaling van maximaal toelaat bare kredietkosten. Het voornaamste verschil met de Geldschie terswet is de verhoging van het maximum kre dietbedrag van 5.000 tot 10.000 gulden. In het wetsontwerp wordt gesteld dat de kredieten in Het derde bijkantoor van de boerenleenbank Maastricht aan de Luikerweg 20 te Maastricht 114

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1969 | | pagina 20