bouw zullen worden onttrokken, waarvan 3 a 4 miljoen hectaren zullen worden bebost en de rest benut voor recreatie. Naar grotere landbouwbedrijven De structuurmaatregelen mogen nu door de 'nachtmerrie-achtige' overschotten acuut zijn geworden, toch was het min of meer los van deze problematiek noodzakelijk dat vergroting van de bedrijfseenheden zou worden nage streefd. Immers de vooruitgang qua inkomen maar vooral ook wat sociale voorzieningen betreft zijn in de industrie en handel zodanig, dat de landbouw hierbij sterk zal achterblijven als er niet meer rationeel geproduceerd zou gaan worden. Bij de voorgestelde maatregelen ter verbete ring van de produktie en de afzet, staat de vergroting van de landbouwbedrijven in het middelpunt. Slechts 3 procent van de bedrij ven in de EEG is groter dan 50 hectare en tweederde van alle bedrijven is kleiner dan 10 hectare. Het plan Mansholt wil er nu aller eerst naar streven de bedrijven op een bedrijfseconomisch verantwoorde minimum- omvang te brengen. Hierbij denkt de Euro pese Commissie voor granen aan een omvang van minstens 80 tot 120 hectare, bij melk aan 40 tot 60 melkkoeien, bij de rundvleesproduk- tie aan 150 tot 200 runderen, bij slachtkippen aan 100.000 per jaar en bij eieren aan 10.000 legkippen en bij mestvarkens aan 450 tot 600 dieren. Deze produktie-eenheden zouden Bijkantoor Weebosch van de boerenleenbank Bergeyk 't Loo, geopend 12 september 1968

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1969 | | pagina 32