volgende jaar plaats te vinden. Vóór die datum
zou wellicht voldoende kapitaal voor herbeleg
ging beschikbaar komen, vooral van de zijde
van institutionele beleggers die voor de pre
mie-ontvangsten belegging zoeken.
Voor 1968 betekende dit de vierde staatsle
ning. Het totaal van het leningsbedrag zou hier
mee - afhankelijk van de vaststelling van de
laatste uitgifte - uitkomen op rond 950 a 1.000
miljoen gulden. Dit zou in vergelijking met het
vorige jaar ruim 400 miljoen gulden meer
zijn. Het rentetype van deze leningen was
steeds 61/2 procent. De ultgiftekoersen daar
entegen varieerden telkens, waardoor de ren
dementen - bij uitgifte - uitkwamen op achter
eenvolgens 6,55, 6,60, en 6,55 procent. Ook uit
deze rendementen kan worden geconcludeerd
dat er op de kapitaalmarkt een lichte ontspan
ning is opgetreden. De verwachtingen waren
in eerste instantie gunstig, de uitslag echter
droevig; de uitgiftekoers moest noodgedwon
gen op 99 procent worden gebracht, terwijl het
bedrag van de lening slechts 225 miljoen gul
den beliep.
Boerenleenbank Meterik, officieel geopend 1 oktober 1968