ken van beroemde Sienese kunstenaars als
Simone Martini en Duccio. Florence daarente
gen streefde, onder invloed van zijn Etruskisch
verleden, naar klassieke vormen en grootheid.
Op den duur moest Siena op het gebied van de
kunst het onderspit delven tegenover Flo
rence, want de gotiek werd snel vergeten voor
de rond 1500 herboren klassieke oudheid.
Uitvinding van het perspectief en de olieverf
De grootste schilderkundige ontdekking van
de Renaissance, het op wiskundige wetten ge
baseerde perspectief, is een Florentijnse uit
vinding, gedaan door de bouwmeester Brunel-
leschi in het begin van de 15e eeuw. Zijn ont
dekking heeft op de schilder van dit paneel
maar weinig invloed gehad. Het perspectief is
hier niet consequent toegepast in de verhou
dingen tussen de toonbank en de kamer; de
toonbank lijkt te zweven boven de roodstenen
vloer. Ook de onbeholpen geschilderde geld
kist en vooral het deksel ervan laten dit duide
lijk zien.
Schilderen op hout in plaats van op geprepa
reerd linnen was in de middeleeuwen gebrui
kelijk. Het schilderen op linnen ontstond uit
noodzaak, toen de stukken - vooral voor
kerken - zo groot werden, dat het gebruik van
hout niet meer mogelijk was. De gebruikte
techniek, olieverf, is nog betrekkelijk nieuw.
De uitvinding van de olieverf wordt toege
schreven aan Jan van Eyck, hoewel de menin
gen hierover verdeeld zijn. In die tijd kochten
schilders geen klaargemaakte verf, ze moes
ten deze zelf bereiden uit pigmenten en mine
ralen. De verfstoffen wreven zij tussen twee
stenen tot poeder - of ze lieten dat hun leer
ling doen. Voordat de kleuren werden ge
bruikt, voegden zij er een vloeistof aan toe om
van het poeder een pasta te maken. In de mid
deleeuwen was die toevoeging meestal eiwit,
dat bijzonder geschikt was, maar dat de nare
eigenschap had dat het snel opdroogde. Voor
zover bekend was de Vlaming Jan van Eyck de
eerste die olie gebruikte in plaats van eiwit.
Iets uit de techniek van dit Italiaanse paneel is
dus nog uit onze contreien afkomstig.
648