Maar dan
met een eigen
rechtsvorm
en een eigen
belasting
tarief
gehouden moeten worden. Mr. Van Campen
haakte in op het van sommige zijden geopper
de bezwaar, dat speciale regelingen voor de
landbouw eigenlijk niet gewenst zouden zijn.
Hij bracht als zijn mening naar voren, dat men
aan deze bedenking niet te zwaar moet tillen.
De Europese integratie, zo zei mr. Van Cam
pen, is nu eenmaal voor een belangrijk deel
functioneel opgezet, dat wil zeggen, de proble
men worden per bedrijfstak of groep van be
drijfstakken aangepakt. In de praktijk is geble
ken dat de functionele aanpak het snelst tot
resultaten leidt.
In de uitvoering van het plan zullen bedrijven
die aan de modernisering willen deelnemen
met een op de toekomst gerichte bedrijfsstra-
tegie en met een volledige benutting van de
produktiefactoren, in financieel, juridisch en
fiscaal opzicht in staat moeten worden gesteld
zich regelmatig te kunnen vergroten; ook be
drijven onder eenhoofdige leiding. Hiermee
wordt het vraagstuk van de rechtsvorm van de
onderneming in de landbouw aan de orde ge
steld. Daaraan is tot nu toe in landbouwkringen
nog slechts door enkelen aandacht geschon
ken.
Naarmate de EEG haar voltooiing nadert is ver
groting van de schaal waarop ondernemingen
hun economische activiteiten verrichten, nood
zakelijk. Andere factoren dan de Europese ge
meenschappelijke markt dwingen daar even
eens toe. Zoals bekend wordt er nu gestreefd
naar een Europese rechtsvorm voor de onder
neming. Een onderneming met een Europese
rechtsvorm, gevestigd in een van de EEG-lan-
den, zou als zodanig werkzaam kunnen zijn in
alle andere lidstaten. Met één juridische vorm
kan die onderneming dan op de hele Euro-
markt opereren. Het is duidelijk dat het indivi
duele landbouwbedrijf daaraan geen behoefte
heeft. Anders ligt het echter voor de landbouw
coöperaties. Deze hebben steeds meer be
hoefte aan deelneming in andere bedrijven, on
geacht de rechtsvorm. Voor de landbouwco
öperaties zou de deelneming in bedrijven in de
Europese rechtsvorm mogelijk moeten worden
gemaakt.
Ook zouden de landbouwcoöperaties in staat
moeten zijn, tot de oprichting van bedrijven in
de Europese rechtsvorm mee te werken. Vol
gens het door de Nederlandse hoogleraar prof.
mr. P. Sanders ontworpen statuut, zouden al
leen naamloze vennootschappen tot die op
richting kunnen meewerken. Het belang en nut
van deze beperking kon de heer Van Campen
niet inzien. Voor landbouwcoöperaties zou dit
eigenlijk eveneens moeten bestaan, met de
mogelijkheid van beroep op de deelnemings
vrijstelling. Ook in de zuiver Nederlandse ver
houdingen hebben de landbouwcoöperaties
daaraan grote behoefte.
Voor individuele landbouwbedrijven past, vol-
633