systeem een regeling kunnen inbouwen, waar
door alleen de tegoeden van de kleine spaar
ders als spaargeld zouden worden aangemerkt.
In de praktijk is een dergelijke regeling minder
moeilijk te verwezenlijken dan in eerste instan
tie lijkt, want voor een dergelijke uitsplitsing
is met name geen onderzoek nodig naar het
saldo van elke rekening afzonderlijk. De prak
tijk wijst immers uit dat grotere spaartegoeden
worden aangehouden op termijnspaarrekenin
gen, want die brengen een hogere rente op dan
de gewone spaarrekening waarvan het saldo
onmiddellijk opvraagbaar is. De grotere beleg
ger is nu eenmaal meer 'rentebewust' dan de
gemiddelde kleine spaarder. Het van vennoot
schapsbelasting vrij te stellen bestanddeel van
de winst zou daarom - gezien de doelstelling
van de fiscus - beperkt moeten blijven tot een
percentage van die spaargelden die onmiddel
lijk opvraagbaar zijn. De andere rekeningen -
waarbij termijnovereenkomsten gelden ten
aanzien van de disposities - zouden daarbij
buiten beschouwing dienen te blijven.
Een tweede beperking
Een tweede correctie die in de becijfering van
het fiscaal vrij te stellen winstgedeelte zou zijn
te verwerken, betreft de omloopsnelheid van
de spaartegoeden. De Nederlandsche Bank
maakt in dit verband onderscheid tussen 'ei
genlijk' en 'oneigenlijk' spaargeld. De daartus
sen te trekken grens hangt af van de omloop
snelheid van het spaargeld. Wanneer bij een
bank de terugbetalingen in een jaar niet hoger
zijn dan de helft van het gemiddelde spaar
saldo - de omloopsnelheid is dan 0,5 of min
der - kan de bank in haar liquiditeitspolitiek
het hele spaartegoed als 'eigenlijk' spaargeld
Bijkantoor aan het Castricumplein in Den Haag
van de boerenleenbank Loosduinen.
Deze vestiging werd op 14 augustus 1968
officieel geopend
beschouwen. Thans brengen de beide centrale
landbouwkredietbanken in hun schrijven de
suggestie naar voren om in de becijfering van
het winstgedeelte dat van vennootschapsbe
lasting zal worden vrijgesteld, de omloopsnel
heid eenzelfde rol te laten spelen als in de ge
schetste liquiditeitsregeling.
Voordelen van het systeem
In het stelsel dat de landbouwkredietbanken
voorstellen zou men niet meer kunnen spreken
van een 'spaarbankvrijstelling', maar van een
'spaarvrijstelling', die niet meer alleen voor de
spaarbanken zou gelden, maar ook voor boe
renleenbanken en handelsbanken, kortom voor
alle instellingen die spaargelden beheren. De
568