en wel tot een bedrag van 4.600 gulden. Van de 58 onderzochte bedrijven was slechts 33 procent winstgevend. Deze bedrijven namen ongeveer de helft van de totale opbrengsten voor hun rekening. Het inkomen per onder nemer - bestaande uit het nettobedrijfover- sohot per ondernemer, de rente van zijn ver mogen en de vergoeding voor zijn handen arbeid - werd berekend op 11.800 gulden. Van de verwarmde bedrijven had 44 pro cent en van de overige glasbedrijven 48 pro cent van de ondernemers een inkomen van minder dan 10.000 gulden. Uit een vergelijking van de resultaten van 1967 met die van vooraf gaande jaren blijkt, dat het percentage winst gevende bedrijven van 93 procent in 1962 tot 33 procent in 1967 is teruggelopen. Hierbij moet men rekening houden met het feit dat in 1966 en 1967 de gegevens van geheel Noord-Limburg zijn verwerkt, in tegenstelling tot de jaren 1962/1965, toen alleen de glas- bedrijven van Venlo-Blerick en Tegelen voor werp van onderzoek waren. Ook is de inge calculeerde rente in de loop der jaren van 4 tot 6 procent verhoogd. Vooruitzichten weide- en gemengde bedrijven Uit een onderzoek van het LEI betreffende de resultaten van de weidebedrijven en gemengde bedrijven blijkt, dat in het jaar 1966/1967 het arbeidsinkomen voor de weidebedrijven onge veer 2.700 gulden hoger was dan het jaar daar voor. Alleen in het westelijk consumptiemelk- gebied bleef het arbeidsinkomen ongeveer ge lijk. Een en ander is het resultaat van een grotere stijging van de opbrengsten dan van de kosten voor de weidebedrijven. Op de gemengde bedrijven was de kosten stijging van de melk echter hoger dan de stij ging van de opbrengsten. Vooral door een verbetering van de rentabiliteit van de var kensbedrijven konden de arbeidsinkomsten op de gemengde bedrijven toch nog stijgen met 1.300 gulden per bedrijf. Interessant is het in dit rapport te lezen, dat de akkerbouw door de lage rentabiliteit van ondergeschikte bete kenis voor het gemengde bedrijf zal zijn even als de pluimveehouderij in zijn traditionele vorm. Alleen de varkenshouderij geeft een inkomen per uur dat aanmerkelijk hoger is dan de andere produktietakken. Een uitbrei ding ligt dan ook voor de hand. Voor de rund veehouderij zit in de naaste toekomst zeker geen stijging van de melkprijs in de lucht. Varkens Ondanks de zeer ruime aanvoer van varkens blijven de prijzen goed op peil. Dit wordt voor al veroorzaakt door het feit dat de export van varkens goed verloopt. Frankrijk is weer een zeer goede klant, aldus de voorzitter van het Produktschap. Ook de vooruitzichten voor de afzet van varkens en daarmee voor de prij zen, zijn gunstig, al moet wel gewaakt worden tegen kwaliteitsvermindering. De onlangs door de EEG ingestelde markt- interventieregeling voor varkens, welke door Nederland sterk werd bekritiseerd, is stopge zet. Dat het bezwaar van Nederland juist was, blijkt wel uit het feit dat slechts weinig var kensvlees is opgeslagen. Perencrisis Nog maar nauwelijks is voor de Nederlandse 490

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1968 | | pagina 56