en daar heel wat mensen van de kook gebracht, wat wel blijkt uit de berichten over het oppotten en het uitvoeren van zilverstukken. 'n Gewone gulden, maar dan van nikkel De nikkelen guldens die sinds 23 augustus in ons land circuleren, zijn van hetzelfde for maat als de zilveren, alleen wegen zij een halve gram minder. Het nikkelgehalte van de nieuwe gulden is 0,990, hetzelfde als dat van de dubbeltjes en de kwartjes. Volgens som migen is het echter wel even wennen; zij vinden dat de nieuwe nikkelen gulden er uit ziet als een eerste klas vervalsing van de zilve ren. Andere mensen hadden er minder proble men mee: 'n gewone gulden, maar dan van nikkel, luidde het oordeel. Minder gelukkig met de nikkelen gulden waren de fabrikanten en de houders van automaten. In elke automaat zal een muntonderzoeker gebouwd moeten worden, die zowel de nikke len gulden van zes gram als de zilveren gulden van 6,5 gram accepteert. De kosten voor de inbouw worden per automaat op veertig gulden geschat. De minister troostte deze groep ech ter met de woorden dat 'het nadeel, dat zij zullen ondervinden bij de invoering van nikke len guldens van het oude formaat slechts ge ring is te achten in vergelijking met de kosten, die handhaving van het zilver als muntmate- riaal in guldens met een verkleinde diameter voor hen zou hebben gehad'. Een meer sub stantiële troost voor de automatenbouwers en -bezitters is, dat zij de noodzakelijke ombouw kosten in één keer van hun belastbare winst mogen aftrekken. Wie geen nadeel ondervindt van de overgang van zilver naar nikkel is de Nederlandse schat kist. Het vervaardigen van een nikkelen gulden kost twaalf cent. Een eenvoudig rekensomme tje leert dan, dat uit de 100 miljoen nikkelen guldens die dit jaar nog zullen worden uitge geven, de staat een opbrengst heeft van meer dan 80 miljoen gulden; voor elke gulden die twaalf cent kost, krijgt hij immers 100 centen terug. Ontwikkelingshulp voor het midden- en kleinbedrijf In antwoord op vragen uit de Tweede Kamer heeft de staatssecretaris van Economische Zaken meegedeeld, dat er sinds 1 januari 1967 1.363 aanvragen om ontwikkelingshulp bij de Stichting Ontwikkeling en Sanering voor het Midden- en Kleinbedrijf zijn binnengekomen. Hiervan lieten 959 aanvragers, na een verzoek om nadere inlichtingen of na de eerste beant woording van hun aanvragen, niets meer van zich horen of trokken hun aanvragen in. Daar onder zijn eveneens de aanvragen begrepen die niet aan de norm voor wat betreft de inko mensgrens voldeden. Van de 404 overblijven- 471

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1968 | | pagina 37