Van hier Nikkelen guldens Met de aankoop van vier kostbare muntpersen voor de vervaardiging van nikkelgeld zette 's Rijks Munt in Utrecht de eerste stap op de weg die het kabinet Cals in 1966 had uitge stippeld. Dit kabinet diende indertijd het wets ontwerp in. dat beoogde te zijner tijd het zil vergeld te vervangen door geldstukken van 'minder allooi'. Na overleg over de verschil lende mogelijkheden werd nikkel als vervan ging voor het zilver gekozen. In 1966 gold als argument voor de ommezwaai, dat de zilverprijs te snel steeg, waardoor de aanmaakkosten voor zilveren guldens en rijks daalders steeds hoger werden. In 1966 'kostte' een zilveren gulden al 70 cent. Na de onzeker heid over de goudprijs aan het begin van dit jaar, steeg ook de gulden weer in waarde. Volgens de zilvernoteringen kost een zilveren gulden op het ogenblik ongeveer f 1,40. Deze meerwaarde heeft in het recente verleden al

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1968 | | pagina 36