ineens kunt opnemen beloopt 2.000 DM'.
Die toevoeging had op het resultaat grote
invloed want in deze groep koos slechts 32
procent voor 'onmiddellijk opnemen', terwijl
56 procent het geld wenste te laten staan. De
nadere mededeling over de rente-opbrengst
had dus tengevolge dat het aantal spaarders
met 11 procent steeg, dat wil zeggen met een
kwart van het oorspronkelijke aantal. Deze
stijging was weer het sterkst in een bepaalde
groep van werknemers, namelijk in de midden
groep: bij de geschoolde vakarbeiders. Voor
de meeste hogere beambten betekende de
Boerenleenbank Hulsberg, officieel geopend 8 mei 1968
mededeling van het eindbedrag ad 2.000 DM
geen of weinig nieuws en het aantal spaarders
uit die groep steeg wellicht daardoor slechts
6 procent. Anderzijds waren ook de onge
schoolden door de gegeven aanvulling nau
welijks geraakt, want bij hen steeg het aantal
spaarders met slechts 4 procent. Onder de
geschoolde vaklieden echter nam het aantal
spaarders toe met 22 procent.
Twee facetten
In een onderzoek naar de invloed van het
451