Bijkantoor Wilbertoord van de boerenleenbank MUI,
officieel geopend 14 november 1967
is ook toegezegd, dat voor de bedrijfsverzor-
gingsdiensten in de uitvoeringssfeer een zo
soepel mogelijke regeling zal worden getrof
fen. Verder werd overeengekomen dat bij
overdracht van land aan kinderen een gelijk
tijdige overdracht van een klein gedeelte van
land aan anderen dan kinderen enige soepel
heid zal worden betracht ten aanzien van de
vrijstelling van registratierecht voor de over
dracht aan anderen dan kinderen. De sierteelt-
produkten blijven echter onder het 12-pro-
centstarief al zei de staatssecretaris toe, bij
de voorbereidingen van de derde EEG-richt-
lijn voor de BTW te trachten, deze produkten
onder het verlaagde tarief te rangschikken.
De pogingen om de loonbedrijven onder het
verlaagde tarief te brengen zijn op niets uit
gelopen.
Bezien wij nu de wensen van het Landbouw
schap en de tegemoetkomingen dienaangaan
de van regeringszijde, dan moeten wij con
stateren dat deze toch zeer matig zijn geweest.
Hier staat echter tegenover dat de BTW-rege-
ling als geheel voor de landbouw toch geen
direct ongunstige bepalingen bevat. Zo zullen
alle betalingen van omzetbelasting aan de
grens geheel worden teruggegeven, wat de
concurrentiepositie bij export verbetert. Ook
het feit dat bijna alle land- en tuinbouwpro-
dukten belast zijn met vier procent is bijzonder
gunstig voor de afzet van deze produkten.
Dit verlaagde tarief geldt ook voor belangrijke
bedrijfsmiddelen waardoor de kostenstijgin
gen beperkt zullen kunnen worden. Tenslotte
gaat een lang gekoesterde wens in vervulling,
namelijk de afschaffing van het registratierecht
bij overdracht van onroerend goed in land- en
tuinbouw, en last but not least zullen de boe
ren vrijgesteld zijn van administratieve ver
plichtingen en het doen van aangifte.
Conclusies
Met de goedkeuring van de invoering van de
belastingheffing over de toegevoegde waarde
in de beide kamers is een belangrijke bijdrage
geleverd tot de harmonisatie van de belastin
gen in de EEG. Het ligt in de bedoeling de meer
opbrengsten van de BTW aan te wenden om
410