bedrijf aan meerdere zoons onder deze rege
ling zou vallen. Daarnaast werd naar voren ge
bracht dat in de memorie geen aandacht was
geschonken aan het ontbreken van een vrij
stelling van registratierecht ten aanzien van
zakelijke rechten.
Het schrijven van het Landbouwschap omvatte
tenslotte nog uiteenzettingen over het ontbre
ken van de kwalificatie 'ondernemer' voor de
landbouwer, de keuzemogelijkheid voor de
landbouw (om reeds na drie jaar, nadat men
heeft gekozen voor de normale OB-heffing
terug te keren naar de landbouwregeling) en
het ontbreken van de aftrekmogelijkheid bij
grote investeringen (bijvoorbeeld boven 20.000
gulden in een jaar).
De BTW aangenomen
Na uitvoerige voorbereidingen was het eind
mei zover dat het wetsontwerp in de Kamer
kon worden behandeld. Hoe uitvoerig de be
handeling is geweest moge blijken uit de meer
dan 225 officiële pagina's tekst, onder andere
van de toelichting van het wetsontwerp, van
het voorlopig verslag, van de Memorie van
Antwoord en van het verslag van de vaste
commissie voor Financiën van de Tweede Ka
mer. Na een monsterdebat dat zes dagen duur
de en na uitvoerige discussies over tal van
amendementen, heeft de Tweede Kamer ten
slotte ingestemd met de invoering van de om
zetbelasting over de toegevoegde waarde per
1 januari 1969. Bij de stemming bleken 83
kamerleden voor en 54 tegen te zijn.
Voorafgaande aan de behandeling waren de
tweede en derde nota van wijzigingen inge
diend. In de tweede nota van wijziging hebben
de bewindslieden nog enige resultaten van het
408
mondeling vooroverleg, onder meer de tijde
lijke invoering van een nultarief voor de dag
bladen, verwerkt. Vlak voor de behandeling
in de Kamer kwam nog een derde nota van
wijziging en deze was waarschijnlijk ingege
ven door de houding van bepaalde parlemen
tariërs in het vooroverleg. Een heet hangijzer
voor diverse kamerleden was immers de be
steding van de eenmalige meeropbrengst van
de BTW. In de derde nota werd aangekon
digd, dat 150 miljoen gulden zou worden be
steed ter bestrijding van de structurele werk
loosheid. Tevens werd in deze nota vage me
dedeling gedaan omtrent de plannen van de
regering over toekomstige belastingmaatrege
len. Bij de verhitte discussies over dit onder
werp bleek uiteindelijk, dat er dienaangaande
nog niets was beslist.
Wel is komen vast te staan dat per 1 januari
1969 de grens voor belastingvrij inkomen naar
boven zal worden verschoven. Deze verhoging
van de belastingvrije voet van de loon- en in
komstenbelasting zal dienen als compensatie
voor de prijsstijgingen. Ook de uitkeringen
van AOW en AWW en de kinderbijslagen zul
len worden verhoogd.
Amendementen
Niet alleen van regeringszijde is zeer veel aan
dacht besteed aan het wetsontwerp over de
BTW. Ook de Kamer heeft zich niet onbetuigd
gelaten, getuige het grote aantal amende
menten. Zoals in het begin van dit artikel
gezegd, was het nog te besteden bedrag
van het regeringsbudget niet groot; de ruimte
tot het aanbrengen van amendementen was
namelijk beperkt tot ongeveer 30 miljoen gul
den. Van de vele voorgestelde amendementen