meter vergroot. Tenslotte ligt een andere be langrijke oorzaak in de verandering van de afzetstructuur, waardoor de vraag naar grote uniforme partijen toeneemt. Dit laatste is voor al van belang voor de tuinbouw en de ver- edelingssector. Een zeer belangrijke drijfveer tot schaalver groting is het streven naar inkomensvermeer dering en de daarmee gepaard gaande vergro ting van de besparingscapaciteit. De boven genoemde oorzaken maken het verschil tussen kosten en opbrengsten immers groter. Men mag dan aannemen dat een dergelijke verhou ding ook een zo hoog mogelijk inkomen zal opleveren. De extra-besparingen zullen hard nodig zijn om de financiële structuur van de vergrote bedrijven te verbeteren. Ontwikkeling in de landbouw Na de tweede wereldoorlog of liever gezegd na 1950 is het aantal arbeidskrachten in de landbouw met sprongen achteruit gegaan, na melijk ongeveer gehalveerd. Deze ontwikke ling en het op gang komen van de mechanisa tie in de landbouw zijn hand in hand gegaan. Enerzijds is de landbouwtrekker de motor ge weest van de mechanisatie. Hierdoor kon de produktiviteit per man hoger worden waardoor een aantal arbeidskrachten overbodig wer den. Anderzijds was het echter ook noodza kelijk te mechaniseren omdat de loonkosten enorm stegen. De afvloeiing uit de landbouw is dan ook versterkt door het feit dat elders meer kon worden verdiend. De uittocht van arbeidskrachten uit de landbouw betrof voor namelijk boerenzoons en landarbeiders, zodat relatief gezien veel bedrijfshoofden zijn over- Gezicht op de balie van het bijkantoor aan de Wijkerbaan van boerenleenbank Beverwijk, geopend in maart 1965 402

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1968 | | pagina 40