ENQUÊTE ZILVERVLOOT Wanneer zij de uitslag van de enquête van de jeugdspaarwet gaan bekijken, hebben de boerenleenbanken alle reden tot tevreden heid. Enkele jaren al betogen wij, dat het aan deel van onze boerenleenbanken, zowel wat het aantal deelnemers als het aandeel in gul dens betreft, boven de 20 procent van het totaal zou kunnen uitkomen. Modern gezegd, dat ons marktaandeel meer dan 20 procent zou kunnen bedragen. En zie de enquête per 30 juni 1967! Het aantal jeugdspaarovereen- komsten bij de boerenleenbanken beliep 136.061 ofwel 20,3 procent van het totaal aan tal overeenkomsten, dat per de enquêtedatum 671.685 bedroeg. Dit betekent een stijging van ons aandeel met 0,6 procent ten opzichte van 30 juni 1966. Het aantal lopende jeugdspaar- overeenkomsten daalde landelijk met 26.896. Het aantal jeugdspaarovereenkomsten bij de boerenleenbanken liep terug van 137.953 per 30 juni 1966 tot 136.061 per 30 juni 1967. Deze daling vond haar oorzaak in de beëindi ging van jeugdspaarovereenkomsten door vol tooiing van de negen spaarjaren. Ondanks deze vermindering steeg het saldo tegoed van 93.982.000 tot 98.903.000 gulden. De reden voor deze toename is te vinden in de sinds februari 1966 geldende regeling, waarbij het maximaal te sparen bedrag met 50 procent werd verhoogd, namelijk van 200 tot 300 gul den per jaar. Op 30 juni 1967 bedroeg het totale bijeenge- spaarde tegoed rond 521 miljoen gulden. Hier van namen onze banken 98.903.000 of 19 pro- Instellingen Aantal lopende Idem in Gespaard Idem in Gemiddeld jeugdspaar van het bedrag van het gespaard bedrag overeenkomsten totaal x f 1.000 totaal per jeugdspaar- overeenkomst 1967 1966 1967 1966 Boerenleenbanken 136.061 20,3 19,7 98.903 19,0 19,0 727 Bondsspaarbanken 233.108 34,7 34,1 174.527 33,5 32,4 749 Raiffeisenbanken 152.002 22,6 22,2 130.732 25,1 24,7 860 Rijkspostspaarbank 147.682 22,0 23,6 113.756 21,9 23,4 770 Niet aangesloten kredietinstellingen 2.832 0,4 0,4 2.621 0,5 0,5 925 Totaal 671.685 100,0 100,0 520.539 100,0 100,0 775 382

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1968 | | pagina 20