luisteren waar de president de stijging van de
loonkosten per eenheid produkt in ons land
vergelijkt met de stijging van de loonkosten
per eenheid produkt in de landen die met
Nederland concurreren. Uit de cijfers blijkt dat
deze kostenstijging in de jaren 1964 tot en met
1967 als volgt verliep: in Nederland 6, 7, 5 en
iy2 procent, en in het concurrerende buiten
land (eveneens vanaf 1964) 2'/2, 3, 21/2 en 31/2
procent. De loonexplosie van 1963 heeft dus
in de eerste instantie aan ons land wel een
achterstand bezorgd maar die achterstand
wordt tengevolge van de loonstijgingen niet
groter, en men kan zelfs stellen dat hij af
neemt, tengevolge van snelle loonstijgingen
elders, met name in Amerika.
Een derde optimistische passage in het ver
slag is die, waarin wordt bericht dat in 1967
de niet-looninkomens met ruim tien procent
toenamen. Een grote produktiviteitsstijging die
ten dele het gevolg was van toevallige om
standigheden - men denke onder meer aan het
uitzonderlijk goede weer waardoor in 1967 de
prestaties in de bouwnijverheid aanzienlijk
werden opgevoerd - leidde er toe dat in het
afgelopen jaar de winstmarges in ons land
niet daalden, waarschijnlijk voor het eerst
sinds 1964. Zoals bekend is dat van grote be-
De hoog opspuitende fontein voor het nieuwe gebouw van de Nederlandsche Bank in Amsterdam. Foto: ANP