worden, of dat Amerika de goudprijs zou moe
ten verhogen. Per slot van rekening werden
alle metaalsoorten duurder en in Zuid-Afrika,
de grootste goudproducent, werd het exploite
ren van de goudmijnen hoe langer hoe kost
baarder. Een verhoging van de goudprijs kon
niet uitblijven, dacht men. Zou Amerika de
goudprijs moeten verhogen, dan zou de dollar
in waarde dalen en met de dollar het pond en
alle andere aan de dollar gekoppelde valuta's.
Deze verwachting heeft meermalen geleid tot
een grote speculatieve vraag naar goud, waar
aan door de Verenigde Staten met de hulp van
de goudclublanden tot 16 maart 1968 kon wor
den voldaan tegen de officiële prijs: 35 ounce
fijn goud.
Het pond sterling
De vrees dat het pond in waarde zou dalen
was niet ongegrond. Engeland, dat na de oor
log grote lasten had, heeft op te grote voet
geleefd. Men had een door oorlogsschade en
veroudering verzwakte industrie. De Engelsen
voerden minder uit dan zij invoerden en het
land gaf als wereldmogendheid enorme bedra
gen uit aan het legeren van troepen in zijn
kolonies. Dat leidde tot een overvloed van
ponden in het buitenland, waarvoor de Britse
overheid bij inruil goud en dollars moest af
staan Rampen en wilde stakingen deden de
rest: het vertrouwen in het pond was onder
mijnd en Engeland verlaagde in november 19o7
de waarde van het pond van 2,8 tot 2,4 dollar.
De dollar
Voor Amerika ligt de situatie anders. De Ame
rikanen waren niet bang dat het vertrouwen in
de dollar zou worden opgezegd. Waarom zou
den ze? De economische kracht van de dollar
was groot genoeg. De Amerikanen menen dat
zij het zich wel kunnen veroorloven om een
in verhouding met hun nationaal inkomen be
trekkelijk klein betalingsbalanstekort te heb
ben, ook al zou dat enkele jaren achter elkaar
zo blijven. Zo gauw Amerika de oorlog in
Vietnam zou beëindigen was er - volgens de
Amerikanen - geen vuiltje meer aan de lucht.
Maar het vertrouwen in de dollar verminderde
en wel om economische zowel als politieke
redenen. De economische oorzaken zijn de
reeds genoemde jaarlijks terugkerende tekor
ten op de betalingsbalans, de grote bedragen
die de Amerikanen in Europese ondernemin
gen hebben gestoken, de enorme bedragen
die aan buitenlandse hulp worden gespen
deerd en tot slot de miljoenen verslindende
oorlog in Vietnam. In het politieke vlak waren
er ook moeilijkheden genoeg. Men twijfelde
aan de bereidheid van de USA om zelf een
economisch juist beleid te voeren en men twij
felde aan de juistheid van de gevoerde buiten
landse politiek, met als voorbeeld hiervan
Vietnam.
Sluiting goudmarkt
In het begin van de afgelopen maand is de
vraag naar goud ontaard in een ware goud
koorts. De situatie voor de Verenigde Staten
werd onhoudbaar en president Johnson ver
zocht de Engelse premier om de goudmarkt in
Londen, waar de vraag naar goud bij gebrek
aan voldoende aanbod sterk was opgelopen,
te sluiten. Ook de Londense effectenbeurs en
de banken sloten tijdelijk hun deuren om wan
ordelijke toestanden op de goudmarkt te voor-
193