Circulaires no. 1579-1585 schap, hoopt dat er spoedig een regeling ge vonden zal worden voor de export van pan klaar pluimveevlees en delen naar Italië. Op nieuw is hier, aldus de voorziter, de grote behoefte gebleken aan een goede regeling van het veterinaire beleid in de EEG. Achtereenvolgens wordt behandeld in: circulaire no. 1579 dd. 7-2-1968 (OB. Organi satie en Beheer): commissie van advies. circulaire no. 1580 dd. 14-2-1968 (Re. Rentabi liteit): rente 1968 (II). circulaire no. 1581 dd. 15-2-1968 (Bt. Beta lingsverkeer): documentatiedienst buitenland se kasmiddelen. circulaire no. 1582 dd. 15-2-1968 (Bt. Beta lingsverkeer): afwikkeling betaalcheques. circulaire no. 1583 dd. 16-2-1968 (OB. Organi satie en Beheer): documentatie boerenleen banken. circulaire no. 1584 dd. 26-2-1968 (Bt. Beta lingsverkeer): disposities met betaalcheques. circulaire no 1585 dd. 29-2-1968 (Fi. Finan cieringen): Ontwikk.elings- en Saneringsfonds voor de Landbouw. Regeling voor vergoeding bij beëindiging van het bedrijf. De kaasberg Over het algemeen ontwikkelt de export van kaas zich niet ongunstig, al merkt men nu wel dat de Duitse importeurs voor de inwerking treding van de belasting over de toegevoegde waarde extra veel hebben ingeslagen. De bin nenlandse afzet beperkt zich tot de herbe voorrading van de diverse handelsgeledingen. Met de melkproduktie blijft ook de kaaspro- duktie zeer hoog. Begin januari waren de voor raden 27 procent hoger dan op hetzelfde mo ment het jaar tevoren. Behalve de voorraden stijgen ook de hoeveelheden ingeleverde kaas. Liquidatie daarvan zal veel geld kosten; deze kosten zullen over de gehele veehouderij wor den omgeslagen. Het is aan te bevelen de produktie van magere melkpoeder voor bijvoorbeeld ontwikkelings landen uit te breiden, en daarmee de kaaspro- duktie te verminderen. Dit brengt dan welis waar ook een hogere boterproduktie met zich mee, doch de kosten van liquidatie van de boteroverschotten komen ten laste van het Europese Landbouwfonds. Een complex voorstellen onder andere inhou dende een heffing van 12 cent per geprodu ceerde kilogram kaas kon in het Produktschap voor Zuivel geen meerderheid halen. Daarmee zijn de mogelijkheden om de produktie van kaas te beperken van de baan; kennelijk ziet het Produktschap nog mogelijkheden om de afzet van kaas, die geen gelijke tred heeft kunnen houden met de sterk gestegen pro duktie, nog te verhogen. De voorzitter van het Nederlandse Zuivelbureau is van mening dat door de invoering van een nationaliteitsmerk voor Nederlandse kaas de reclame veel meer effect zal sorteren. 168

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1968 | | pagina 58