Zo intelligent als een lintworm Wat betreft de mogelijke nadelen van het ge bruik van de computers, zoals een in de toe komst dreigende werkloosheid van de mensen en de angst voor een 'superieure' machine, bedenke men dat een technische ontdekking als de computer, precies als de atoombom, op zichzelf niet goed of slecht is; zij is hoogstens nieuw. Pas het gebruik dat de mens ervan gaat maken is bepalend voor het 'goed' of 'slecht' zijn van de machine. Tegenwoordig hoort men vaak spreken over denkmachines, die, als de ontwikkeling hetzelfde onstuimige tempo blijft behouden, in korte tijd in staat zullen zijn de menselijke arbeid, óók de menselijke denk arbeid, over te nemen. Sommige wetenschaps mensen zijn radicaal van mening dat robots en computers op zekere dag intelligenter zul len zijn dan hun menselijke scheppers. Maar, zo voegen de desbetreffende geleerden eraan toe, voorlopig bezitten de computers slechts een algemene intelligentie, welke zo ongeveer met die van een lintworm overeenkomt. Toch zijn zij van mening, dat het theoretisch mogelijk is een 'volkomen intelligente' robot te construeren. Gesteld dat zoiets bestaanbaar zou zijn, dan zijn er nog talloze moeilijkheden te overwinnen voor het werkelijkheid kan wor den. Met de huidige technische middelen zou zo'n 'machinemens', als we hem zo even be leefdheidshalve mogen aanduiden, de groot te moeten hebben van een enkele honderden meters hoge wolkenkrabber, om alle elektro nenfuncties in zijn 'lichaam' te kunnen onder brengen. Een elektron is de kleinst afzonder lijk bestaanbare hoeveelheid elektriciteit. Als men het gewioht van een elektron vergelijkt met het gemiddelde gewicht van de mens, dan is de verhouding hetzelfde als van het gewicht van de gewone huis- tuin- en keukenvlieg. ten opzichte van de aardbol. Bovendien zou deze reuzecomputer een zo grote hoeveel heid elektriciteit verslinden als alleen de Nia- gara-watervallen kunnen opwekken. Verder zou de warmte, die door het arbeidsproces van deze denkfabriek ontwikkeld zou worden, zo hoog zijn dat voor de afkoeling de watermassa van de Rijn niet eens voldoende zou zijn. Zou deze reusachtige machine niet voldoende afgekoeld worden, dan zou zij door haar eigen 'denk'proces in vlammen opgaan. Daaruit blijkt wel dat er zeker voorlopig geen angst hoeft te bestaan voor een superieure machine: de mens is gecompliceerder dan men soms denkt. 136

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1968 | | pagina 26