Ontwikkelings- en Saneringsfonds In de afgelopen jaren hebben ruim elfduizend bedrijfshoofden in land- en tuinbouw een aan vraag ingediend om - in het kader van de be- eindigingsregeling van het Ontwikkelings- en Saneringsfonds voor de Landbouw - hun be drijf te beëindigen. Van de aanvragers hebben reeds vijfduizend hun bedrijf via deze regeling beëindigd; vijfendertighonderd bedrijven vol deden niet aan de eisen terwijl nog vijfentwin tighonderd aanvragen in behandeling zijn. Bij bijna de helft van de aanvragers bleek ziekte, ouderdom of invaliditeit de reden geweest te zijn om hun bedrijf te beëindigen. Ongeveer eenderde van de aanvragen noemt de slechte inkomenspositie als primaire reden, terwijl 17 procent van de vragers het gebrek aan een opvolger als oorzaak van de beëindiging op geven. Bijna 80 procent van de gesaneerden was zeer tevreden over de hoogte van de uit keringen en 74 procent van hen verklaarde dat zij ook zonder de uitkering hun bedrijf na hun vijfenzestigste jaar zouden hebben beëindigd. Dat de financiële positie van afgewezenen dikwijls de oorzaak was van hun aanvrage blijkt wel uit het feit dat 44 procent van hen in financiële moeilijkheden verkeerde; 34 procent van de afgewezenen beëindigde zeer kort daarop het bedrijf terwijl 33 procent dit alsnog van plan was. Financiering suikerinterventie De EEG-commissie heeft een voorstel inge diend voor de verordening voor financiering van de interventie op de EEG-suikermarkt tij dens het verkoopseizoen 1967/1968. Volgens dit voorstel zal de afdeling garanties van het Europese Oriëntatie- en Garantiefonds pre mies toekennen aan de lidstaten voor uitga ven die nodig zijn om suiker voor menselijke consumptie ongeschikt te maken (de denatu- ralisatiepremies) en voor de restituties die de lidstaten toekennen als suiker bij chemische processen wordt gebruikt. Invoerregeling groente en fruit De Europese Commissie heeft tevens een tweetal voorstellen gedaan aan de Raad met betrekking tot de eenmaking van de invoer regeling voor groente en fruit ten opzichte van derde landen. Het voorstel houdt een liberalisatie van de invoer van derde landen in voor een drietal groepen van produkten. Vooral België en Frankrijk hebben bezwaar tegen een spoedige liberalisatie. Voor een aantal 'gevoelige' pro dukten is nog niet in een invoerregeling voor zien. Het is echter zeer de vraag of de ge noemde landen de liberalisatie per 1 januari 1970 zullen aanvaarden. De varkenshouderij Het Landbouw-Economisch Instituut heeft on langs een rapport uitgebracht omtrent de per spectieven van de varkenshouderij. De per spectieven voor de varkenshouderij zijn ge zien de verwachte varkens- en voerprijzen gunstig. Als gevolg van de gemeenschappe lijke markt voor varkens en granen bewegen onze varkensopbrengsten zich op het niveau van de Westduitse en de Franse. Men moet echter rekening blijven houden met de bekende varkenscyclus, zowel ten aanzien van de varkens als van de biggen. Dit jaar ver- 106

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1968 | | pagina 48