nog aanmerkelijke bedragen op: ongeveer 200
miljoen gulden. Daarnaast echter zagen vele
marktpartijen de kans schoon om weer enige
aandacht te besteden aan hun schatkistporte
feuille. Voor bijna 110 miljoen gulden werd in
die week aan promessen en biljetten van de
Agent afgenomen. Dientengevolge zag de
schatkist haar tegoed stijgen tot ruim 880 mil
joen gulden.
De geldmarkt werd pas echt ruim toen de vijf
tiende van de maand zijn intrede had gedaan.
Behalve de maandelijks terugkerende uitke
ringen van naar schatting 275 miljoen gulden
aan gemeenten en provincies bleek het rijk nog
meer betalingen op zijn programma te hebben.
De weekstaat per 15 januari gaf namelijk aan
dat het saldo van de schatkist met uiteindelijk
421 miljoen gulden daalde tot 463 miljoen gul
den. Men moet daarbij bedenken dat door de
banken in diezelfde week voor nog eens 120
miljoen gulden aan schatkistpapier werd af
genomen.
Het nog steeds terugkerende bankpapier le-
verdevoorde geldmarktnog een verruiming op
van 137 miljoen gulden. Al met al waren er dus
genoeg factoren aanwezig om de geldmarkt
volledig naar 'ruim' te doen omslaan. De cij
fers liegen er zeker niet om. De voorschotten
konden tot 16 miljoen gulden worden terug
gebracht. Het door de banken aangehouden
saldo beliep het ongeloofwaardig hoge be
drag van 439 miljoen gulden, welk bedrag op
15 januari renteloos bij de Nederlandsche
Bank zou overnachten. Dit hoge saldo zal stel
lig mede zijn veroorzaakt door de storting op
de laatste BNG-lening die op 15 januari plaats
vond. Deze bank zal de op de dag van storting
ontvangen middelen ten bedrage van 100 mil
joen gulden vermoedelijk onrendabel bij de
Nederlandsche Bank hebben laten liggen.
Daaruit zou een deel van het hoge tegoed van
de banken verklaard kunnen worden.
De daggeldrente
Overeenkomstig de ontwikkelingen op de
geldmarkt was de daggeldrente sedert de eer
ste dagen van januari langzaam maar zeker
verlaagd van 41/2 procent naar 2'/2 procent.
Dat deze officiële prijs medio januari nog op
datzelfde niveau gehandhaafd bleef, vond ech
ter weinig begrip in geldmarktkringen. Dag
geld werd toen namelijk zeer ruim - getuige
de hoge renteloze banksaldi - beneden die
prijs aangeboden - zelfs op 1 procent, hoewel
het voor bepaalde groepen van de markt vrij
wel onmogelijk bleek op dit niveau affaires
te doen.
Het is opmerkelijk dat de rente voor daggeld in
krappere tijden al heel gauw op 41/2 procent
wordt gesteld - dus op het niveau van het wis
seldisconto-terwijl daarentegen bij verruiming
van de geldmarkt de weg terug meestal wordt
afgeremd: daarbij bleef de bankcommissie in
dit geval op een willekeurig minimum van 21/2
procent steken. Zoals we vaker vermeldden
zou de officieel vastgestelde daggeldrente een
goede barometer zijn voor het aangeven van
het geldmarktklimaat. Voor een duidelijker en
juister inzicht in de markt zou het echter toch
wel gewenst zijn wanneer de rente van het
daggeld zowel in krappe als in ruime tijden
beter aan de werkelijkheid werd aangepast.
Doordat wederom flinke bedragen schatkist
papier bij het agentschap van het ministerie
van Financiën werden afgenomen en doordat
de Nederlandsche Bank dollars afgaf, kon de
situatie op de geldmarkt in de volgende dagen
98