de boerenleenbank
MAANDBLAD VOOR
JANUARI 1968
VOORTZETTING VAN DE MAANDELIJKSE MEDEDELINGEN VAN DE
COÖPERATIEVE CENTRALE BOERENLEENBANK EINDHOVEN No. 557
Bij de aanvang van het jaar 1968 wenst de
redactie van het Maandblad aan alle lezers
een gelukkig nieuwjaar toe. Zij laat deze korte
maar oprechte wens vergezeld gaan van een
veel langere nieuwjaarswens, die op de nieuw
jaarsbijeenkomst van de centrale bank voor
directie en personeel werd uitgesproken door
Thomasvaer en Fieternel. Die tekst bevat wel
iswaar een aantal toespelingen, maar de ge
bezigde bewoordingen zijn - zo kwam ons dat
tenminste voor - uitvoerig genoeg om ook bij
niet-personeelsleden minstens een vermoeden
te wekken omtrent de gebeurtenis of situatie,
waarop door Thomasvaer of Pieternel werd ge
zinspeeld.
De lezer zal ongetwijfeld hebben voorzien, dat
wij in dit eerste nummer dat in 1968 uitkomt,
voorzover dat mogelijk was, een beeld zouden
opnemen van de ontwikkeling van het econo
mische leven in ons land in het afgelopen jaar,
maar vooral ook van de gang van zaken bij
onze bank.
Bijzondere aandacht vragen wij in dit nummer
voor een congres, gehouden door de Vereni
ging voor Staathuishoudkunde, waar het zo
urgente probleem van de - te geringe - natio
nale besparingen aan de orde werd gesteld.
In dit maandblad kunnen wij maar een korte
impressie opnemen van de inleidingen en be
sprekingen. Een van de behandelde referaten
was van de hand van professor dr. H. W. J.
Bosman, hoogleraar aan de Katholieke Hoge
school in Tilburg en wetenschappelijk adviseur
van onze bank.
Bij het schrijven van een inleiding hebben wij
altijd de neiging de hele inhoud nog eens op
nieuw te schrijven en wij moeten ons daarin
1