Gelei-
kapitaal
markt
De centrale bank helpt
In de afgelopen periode is de Nederlandsche
Bank de geldmarkt meermalen te hulp geko
men. Vele dagen is zij koopster geweest van
contante dollars, soms onder gelijktijdig be
ding van terugverkoop op termijn. De geboden
koersen lagen veelal op zodanig niveau dat
van de geboden faciliteit voor grote bedragen
gebruik werd gemaakt. De vrees voor het
pond speelde bij het ruime dollaraanbod door
de banken uiteraard grote parten. Ponden
werden steeds zo snel mogelijk omgezet in
dollars die op gunstige voorwaarden aan de
Nederlandsche Bank konden worden doorver
kocht. De bank steunde op die manier de
dollarkoers, die door dit grote aanbod anders
sterk zou zijn gedaald. Nadat de gevreesde
devaluatie van het pond een feit geworden was
bleef de Nederlandsche Bank op dezelfde wijze
opereren op de valutamarkt. Nu echter niet
meer alleen ter ondersteuning van de dollar
maar vooral ter verruiming van de geldmarkt.
Dat de Nederlandsche Bank de laatste tijd op
de valutamarkt weer actief was, blijkt uit het
verloop van de rekening 'goud- en deviezen
voorraad' bij de Nederlandsche Bank. Terwijl
de goudvoorraad op 6.237 miljoen gulden on
gewijzigd bleef, steeg de totale goud- en de
viezenvoorraad van 7.597 miljoen gulden op
16 oktober naar 8.037 miljoen gulden op 27
november. Door de telkens aflopende termijn
zaken liep deze deviezenvoorraad uiteraard
ook regelmatig weer terug. Maar voortdurend
stond de Nederlandsche Bank klaar om tegen
over de aflopende valutatransacties nieuwe
contante of termijnaffaires af te sluiten.
Dat ingrijpen heeft eigenlijk gedurende de ge
hele maand november de geldmarkt danig ruim
gehouden. Zonder deze 'hulp' zou het er voor
de geldmarkt heel wat pijnlijker hebben uit
gezien. Per 23 oktober waren de banken er
niet zo best aan toe. Volgens de weekstaat
van de Nederlandsche Bank hadden de ban
ken per die datum nog een werksaldo van
slechts 22 miljoen gulden, waarbij voor niet
minder dan 217 miljoen gulden de dure hulp
van de Nederlandsche Bank was ingeroepen.
Toen had de bankbiljettenuitzetting in verband
met de oktoberultimo zelfs nog helemaal geen
invloed gehad. Het is dus duidelijk dat de
stemming op de geldmarkt op dat moment ge
drukt was. Als teken van deze krapte was de
officiële daggeldrente dan ook op 41/2 procent
beland.
De oktoberultimo
Om aan de verwachte zware geldvraag te
kunnen voldoen maakten de banken in de laat
ste week van oktober echter zodanig gebruik
491