EN SCHOOLJEUGD
vragen en dat deden we dan ook. De mooiste
munten vond ik die grote zilveren munten en
de gouden tientjes met Wilhelmina. Ook wa
ren er noodmunten uit de tachtigjarige oorlog.
Toen we alles bezichtigd hadden gingen we
met meneer Van den Eijnden naar het gange
tje. Daar begon hij over cassettes, die je des
noods 's nachts nog in de kluis kunt stoppen.
Hij nam ons mee naar de nachtkluis waar de
cassettes in moesten. Hij deed hem open en
dan kon je er de cassettes inleggen, terwijl je
zelf er niet in kunt. Hij draaide hem dicht en
we gingen kijken waar ze terecht kwamen. We
kwamen in een kelder waar een kluis stond.
Hij nam een hele lange sleutel, want die deu
ren zijn erg dik, en deed hem open en daar
lagen de cassettes. Voor op die deur was een
cijferslot, waarvan de werking alleen aan drie
mensen bekend was. Na de kluis gingen we
een ander vertrek binnen waar mappen ston
den met gewichtige papieren erin.
Daarna gingen we weer boven de grond onze
bezichtigingen voortzetten en we gingen de
safe bekijken. Het was ook weer zo'n dikke
stalen deur met een ingewikkeld slot. Er was
een tijdslot op de deur, dat op een bepaalde
tijd kan worden gezet. Hier wordt het op half
negen gesteld en eerder kan men de deur niet
openkrijgen. Daarbinnen waren allerlei kleine
safes die je met twee sleutels moest openen,
met één van de bank en met één van de eige
naar. Daarnaast was nog een kamer, maar
daar mochten we niet inkomen, dat was bijna
hetzelfde als gewijde grond zei hij. Hij haalde
toen een stuk papier uit een kast en zei dat er
op staat dat deze grond van de bank is. Daarna
haalde hij een obligatie van tweehonderd mil
joen te voorschijn, en op elke eerste van
november kon je daar een coupon afhalen
waar je een bepaald bedrag op kon krijgen,
want dat hangt samen met de rente.
Toen we alles bezichtigd hadden gingen we
weer terug naar het halletje, waar we een
fijne reep chocolade kregen en daarna gingen
we weer naar school om nog even te leren.
Toen ik thuis kwam vertelde ik alles aan mijn
ouders die het heel leuk vonden, en zeiden
dat ik het maar goed moest onthouden voor
later, want dat het nog wel belangrijk zou
kunnen zijn. en daar houd ik me maar aan.
De redactie wil deze bijzondere obligatie in Halste
ren wel eens bezichtigen.
481