vorm van coupons, die zij kunnen besteden in winkels, hotels en dergelijke, maar die bij het verlaten van het land niet inwisselbaar zijn. Op die manier komt de toeristenkoers uit op 35 zloty's. Loopt men 's avonds op straat in een van de grote steden, dan heeft men alle kans, vooral in Warschau, aangesproken te worden door een man die rond 80 zloty's voor een dollar biedt. Deze zwarte handel in devie zen is streng verboden, maar blijkbaar onuit roeibaar. In Nederlands geld omgerekend is een zloty dus officieel 18 cent waard, maar een toerist hoeft er slechts 10 cent voor neer te leggen en op de zwarte markt kost hij niet meer dan 41/2 cent. Aan de prijzen van consumptiegoederen te zien komt de toeristenkoers het meest over een met de koopkrachtverhouding tussen gul dens en zloty's. De lonen zijn echter lager dan in Nederland, ook als men de toeslagen mee telt die gegeven worden bij het bereiken of overtreffen van de plancijfers, en die vaak re latief hoog zijn. Door die veelheid van toesla gen, premies en wat dies meer zij wordt het echter wel moeilijk een exacte indruk van de werkelijk uitbetaalde lonen te krijgen. Polen maakt de indruk van een land dat op economisch gebied sterk in opkomst is. Er verrijzen grote industrieën en allerwegen wordt veel activiteit ontplooid. Alle vrouwen zijn ingeschakeld in het arbeidsproces. Er is echter ook een duidelijke achterstand, men is nog helemaal in de periode van opbouw, van opleiding ook, op technisch en organisatorisch gebied. De welvaart is geringer dan bij ons. Men zou het welvaartspeil enigszins kunnen vergelijken met dat van Nederland in de jaren 1950-1955. Men moet bij de beoordeling daar van rekening houden met de geweldige ver woestingen die daar in de oorlog zijn aange richt, met de zware verliezen aan mensenle vens die het land geleden heeft, met de volks verhuizingen van het oosten van Polen (thans grondgebied van de Sowjet-Unie) naar het westen (eertijds Duits gebied) en ten slotte met het feit dat het land voor de oorlog in eco nomisch opzicht onderontwikkeld was. Dan kan men begrijpen dat de Polen met recht trots gaan op de prestaties die zij door gezamenlij ke krachtsinspanning geleverd hebben. Het is ook begrijpelijk dat zij dit succes in grote ma te toeschrijven aan de staatsleiding in het eco nomisch leven, al zijn zij niet zonder kritiek op het systeem. Daarbij vinden zij ook reden tot voldoening in het feit dat zij ernst gemaakt hebben met pogingen tot democratisering van het economisch leven, mede door middel van de coöperatieve ondernemingsvorm. 279

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1967 | | pagina 29