Algemene
vergadering
1967
Om precies kwart voor tien, toen het grootste
gedeelte van de Philips Jubileumhal met verte
genwoordigers van onze plaatselijke banken
was volgestroomd, opende de voorzitter, de
heer C. G. A. Mertens, de algemene vergade
ring van de centrale bank met de christelijke
groet en heette hij alle aanwezigen welkom.
Een bijzonder woord van welkom richtte hij
tot de vertegenwoordigers van de centrale en
gewestelijke standsorganisaties, de vertegen
woordigers van de zusterinstellingen te Leu
ven en Utrecht en tot de vroegere leden van
de beheerscolieges van de bank.
In het afgelopen jaar werd de bank getroffen
door het overlijden van de heer Delhougne,
die gedurende meer dan dertig jaar lid van het
bestuur en gedurende bijna tien jaar voorzitter
van dit college is geweest. Uitvoerig stond de
heer Mertens stil bij het vele werk dat mr.
Delhougne tijdens zijn leven in het belang van
de bank heeft verricht. In een uitvoerige ope
ningsrede belichtte de voorzitter vervolgens
de gang van zaken in het economisch leven in
Nederland en bij de bank in het bijzonder.
Blijkens de presentielijsten beliep het aantal
op de vergadering vertegenwoordigde banken
499. De notulen over de algemene vergadering
van het vorige jaar, zowel die betreffende de
Centrale Boerenleenbank alsook die van de
Boeren-Hypotheekbank en de Landbouwkre
dietverzekering 'Eindhoven', werden ongewij
zigd en zonder stemming vastgesteld, evenals
de jaarstukken over 1966 en de voorstellen tot
winstverdeling van genoemde instellingen. Ir.
Ridder de van der Schueren, waarnemend
voorzitter van het bestuur, lichtte de jaarstuk
ken toe. In zijn betoog werden vooral het
algemene rentebeloop, de conjuncturele ont
wikkeling in ons land en de betekenis van
nieuwbouw als bron van nieuwe mogelijkhe
den in onze organisatie, uitvoerig belicht.
Toen daarna de wijziging aan de orde kwam
van de statuten en van het huishoudelijk regle
ment, gaf de president van de raad van toe
zicht, de heer Mertens, een duidelijke uiteen
zetting over de noodzaak van de voorgestelde
wijzigingen. De voorstellen werden in hun tota
liteit zonder hoofdelijke stemming aangeno
men, evenals een op de vergadering alsnog ter
hand gestelde verklaring betreffende moge
lijke verdere voorzieningen waardoor de in
vloed van de plaatselijke banken op de gang
van zaken in het geheel zou kunnen worden
vergroot.
Deze vlotte afhandeling was ongetwijfeld ge
heel te danken aan de uitvoerige voorberei
ding die aan deze vergadering was vooraf
gegaan, juist met betrekkng tot de statuten
wijziging. De besprekingen daarover met een
commissie van vertegenwoordigers van boe
renleenbanken zijn al in begin maart van start
142