gratis uit de grond verrijst is vanzelfspre kend. Het heeft dan ook vijftien miljoen gulden gekost. En nu zou een boer geen boer meer zijn als hij over zo'n bedrag niet mopperde. Een alge meen gemompel was de reactie. Ik hoorde een paar Limburgers in mijn buurt neuriën 'Waar we heen gaan weten wij nog niet. Jelle zal wel zien, Jelle zal wel zien'. De psycholoog achter de groene tafel had dit natuurlijk ver wacht. Met enige stemverheffing sprak hij: 'Het overgrote deel is reeds afgeschreven en volgend jaar wordt het laatste deel afbetaald'. Als bij toverslag was het geroezemoes ver dwenen. De halzen rekten zich en men keek fier om zich heen, zo van: 'Wat zeg je daarvan. Knap werk'. Alles was vergeten en niemand vroeg: 'Heren, leer ons die kunst van sparen'. De rondleiding door het gebouw verliep vlot. De dames en heren employé's bleven gewoon doorwerken en schenen helemaal niet gehin derd te worden al liepen 450 mensen de boel te bekijken. Van ruimte gesproken! De kluis met alles wat er aan beveiliging bij- hoort, had veel bekijks. Voor mij, die tientallen jaren alles met de hand geschreven en met het hoofd berekend heb, was het werk van de computer een openbaring. Wat deze appara ten in bliksemsnelheid kunnen berekenen, le zen, schrijven, opbergen en weer terug vinden is formidabel. Onwillekeurig komen bij de primitieve mens op zo'n ogenblik weer in zijn verbeelding terug, de dagen en nachten, besteed aan het schrijven en optellen van de tientallen meters lange kolommen van de uit treksels op het einde van het jaar. Zij moesten worden opgeschreven, opgeteld en kloppend worden gemaakt. Een fors stuk van je salaris ging in een paar maanden over in handen van een hulp, die je zelf moest betalen. De mooiste uitvinding van de laatste eeuw was voor mij dan ook de elektrische telmachine. Ik schafte er een aan op kosten van de bank (Reserve 70.000 gulden). Bij de eerste inspec tie moest de goedkeuring van Eindhoven bo ven komen. Die was er niet. Vergeten aan te vragen. 'Zo'n machine hadden ze nooit toege staan', zei de man. 'Dat wist ik, vandaar mijn vergeetachtigheid'. Misschien waren ze in Eindhoven toen al aan 't sparen voor dit prach tig gebouw, waar thans de computer, tevreden zoemend en alsmaar knipogend in een oog wenk het werk doet, waar zich vroeger tien tallen hoofden over pijnigden. Geen wonder dat deze mechanische breinen met alle zor gen worden omringd. Ik heb me laten vertellen, dat de ruimten waarin ze verblijven, op con stante temperatuur en vochtigheidsgraad wor den gehouden. Ze zijn het waard want zij ne men de mens zenuwslopend werk uit handen. Het doet weldadig aan overal in dit prachtige, zakelijke gebouw, op te merken dat de mensen, die hier het beste deel van hun leven moeten doorbrengen, niet zijn vergeten. Ondanks de geweldige ruimten, is het interieur toch huise lijk. 'Dat doet die vloerbedekking', zei een reisgenoot. Ik had het nog niet opgemerkt. Hij wel; hij was pas getrouwd. 'Man, dat kost een fortuin', sprak hij verbijsterd en in één adem noemde hij zo maar, naam, kwaliteit, kleur en de prijs per vierkante meter. Merkend dat ik oud zeer had opengehaald trachtte ik nog te sussen docr te zeggen: 'Jij hebt per vierkante meter ingekocht, maar hier is per hectare ge leverd en wie zal zeggen hoeveel reductie daarbij gegeven is'. 'Het kost een fortuin, een 177

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1967 | | pagina 39