projecteerd plein ten noorden van het ver
hoogde spoor, waaraan twee grote uitvals
wegen waren geprojecteerd. De situering was
zodanig, dat goede aansluitingen konden wor
den verwacht aan spoor- en wegverkeer. Voor
onze centrale bank zijn deze aansluitingen van
groot belang, omdat de bezoekers van onze
kantoren veelal van buiten komen. Toch had
den in die tijd bestuur en directie wel enige
moeite om te wennen aan de gedachte om
van Eindhoven naar Woensel te moeten ver
huizen. De voortgezette besprekingen leidden
in 1961 niettemin tot de overdracht van de
grond, waarop de nieuwbouw is verrezen.
Op het tot stand komen van het desbetreffende
besluit is van grote invloed geweest, dat toen
tertijd burgemeester en wethouders van Eind
hoven meenden te kunnen stellen, dat zij een
toezegging hadden ontvangen van de directie
van de Nederlandse Spoorwegen, dat tegen
over het door de Centrale Boerenleenbank te
stichten bankgebouw een nieuw stationsge
bouw zou komen met een afzonderlijke loket-
tendienst en uitgang voor reizigers van en
naar het stadsdeel Woensel. De president
commissaris van de Nederlandse Spoorwe
gen, hier aanwezig, zij het in zijn hoedanigheid
van waarnemend president-curator van de
Technische Hogeschool, zal onze teleurstel
ling kunnen begrijpen toen wij vernamen, dat
dit plan tot stichting van een nieuw stations
gebouw ten noorden van de spoorweg in de
ijskast zou zijn gezet. Ik denk, mijnheer de
waarnemend president-curator van de Tech
nische Hogeschool, dat er nog een medische
faculteit bij moet komen naast de Technische
Hogeschool en de Centrale Boerenleenbank,
om de Nederlandse Spoorwegen te overtui
gen van de noodzaak van een afzonderlijk
stationsgebouw aan deze zijde van de stad.
U zult kunnen begrijpen, dat ik mij bij het doen
van deze uitspraak geheel heb losgemaakt
van mijn functie van president-curator van de
Universiteit te Nijmegen.
De opdracht
Aan de architecten De Bever te Eindhoven en
Kraaijvanger te Rotterdam werd in september
1955 de opdracht gegeven om gezamenlijk
het bouwplan op te stellen. De architecten
kregen als het ware te maken met een dubbe
le opdracht. Het nieuwe gebouw moest niet al
leen geschikt zijn voor de uitoefening van het
normale bankbedrijf met zijn kas- en girover-
keer, nationaal en internationaal, en met zijn
bedrijvigheid op het gebied van deviezen en ef
fecten, maar het moest ook voldoen aan bijzon
dere eisen als centrale bank voor de zeshon
derd aangesloten plaatselijke boerenleen
banken met hun negenhonderd vestigingen.
Toen in december 19S1 de definitieve over
dracht van het bouwterrein plaatsvond, had
den inmiddels de architecten niet stil gezeten.
De eerste bouwplannen lagen toen klaar. In
de algemene vergadering van de centrale
bank van 3 mei 1962 kon voor het forum van
de aangesloten boerenleenbanken het defini
tieve plan met tekeningen en maquette open
baar worden gemaakt.
De bouw
Medio december 1962 werd met de bouw be
gonnen. Spoedig viel echter de zeer zware
winter van 1963 in. Als gevolg hiervan kon
feitelijk de bouw een aanvang nemen eerst
82