Rede van ir. Ridder de van der Schueren
WAARNEMEND VOORZITTER VAN HET BESTUUR
Terugblik
Excellenties, dames en heren, hooggeachte
gasten,
Als waarnemend voorzitter van het bestuur
van de Coöperatieve Centrale Boerenleen
bank is het voor mij een grote eer u vandaag
welkom te mogen heten ter gelegenheid van
de officiële opening van ons nieuwe bankge
bouw. Raad van toezicht, bestuur en directie
van onze centrale bank hebben het op hoge
prijs gesteld, dat u aan onze uitnodiging ge
volg hebt willen geven. Al aanstonds wil ik
gewag maken van onze grote erkentelijkheid
tegenover het curatorium en de senaat van de
Technische Hogeschool, die het ons mogelijk
hebben gemaakt u hier in dit grootse audito
rium te ontvangen. Voor deze geste van goe
de nabuurschap zeg ik hen hartelijk dank.
Algemeen en bijzonder welkom
Hoezeer dit welkomstwoord u allen betreft,
u zult mij wel willen toestaan, dat ik enige van
onze gasten afzonderlijk welkom heet. Op de
allereerste plaats geldt dit voor hunne excel
lenties de minister-president en minister van
Financiën, dr. Zijlstra, en de minister van
Volkshuisvesting en Bouwnijverheid, ir. Witte.
Het verheugt ons zeer, dr. Zijlstra, dat u zich
bereid hebt verklaard zo dadelijk de openings
rede te houden. Dat u in uw persoon de beide
functies van minister-presidenten minister van
Financiën verenigt, geeft een bijzondere lui
ster aan deze feestelijke bijeenkomst. In uw
persoon, minister Witte, zien wij nog altijd de
burgemeester van Eindhoven, die ons in 1962
zo onverwacht ervan op de hoogte stelde, dat
de rijksgoedkeuring voor onze nieuwbouw
was verkregen. Toen is de bouwperiode be
gonnen, die vandaag met dit openingsfeest
haar afsluiting vindt. Ook mevrouw Zijlstra en
mevrouw Witte zijn wij zeer erkentelijk,
dat zij hun echtgenoten naar hier hebben wil
len vergezellen. Een bijzonder woord van wel
kom moge ik ook richten tot de commissaris
van de Koningin in de provincie Noord-Bra-
80