de Technische Hogeschool of de bijeenkomst in het nieuwe gebouw van onze centrale bank? Wij menen dat ook in dit opzicht ieder aan zijn trek gekomen is. Allereerst de liefhebbers van muziek. De concertstukken werden uitgevoerd door het voortreffelijk Brabants Orkest (hoe kon het anders) onder leiding van Hein Jor- dans met medewerking van de organist Hub Houët en het Philips Philharmonisch Koor (tja, er is nu eenmaal geen boerenleenbankkoor). Ook de genieter van een goede redevoering kreeg het zijne. De nog niet ervarenen hebben kunnen zien hoe het moet. Altijd nuttig, zo iets. In het pasgeopende bankgebouw had men daarna gelegenheid tijdens het aperitief elkander nader te leren kennen en oude be kenden te ontmoeten. Er was geen banket. De spijzen konden dus ook niet langs komen. In de riante kantine konden de genodigden ech ter de spijzen langs gaan. En wat in de met brabants bont gesierde kraampjes geboden werd van het goede der aarde was één stre ling van het gehemelte. En het werd dan ook gestreeld! Vanzelfsprekend hebben de gasten zich na het Breugheliaans gebeuren nog enige tijd ongedwongen opgehouden op de daar voor zo geschikte twaalfde etage. Men zag daar voor het eerst de weer ontspannen ge zichten van de centrale bankfunctionarissen. Het was immers allemaal goed verlopen. Geen gasten opgesloten in de nog niet ingelopen liften, geen heftige discussies over het al of niet waardevolle van de keur van kunstwer ken, geen parkeernood. Het was een ope ning, de boerenleenbankorganisatie waardig. Jammer voor de ijverige lieden van de NTS- Journaaldienst. Zij hebben veel gemist. Goed dat zij niet weten hoeveel. Gesprek op de twaa'fde etaje. Van links naar rechts dr. I. Zijistra, mr. Ph. C. M. van Campen en ir. F. Philips

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1967 | | pagina 38