de tot en met de leden van de directie in dit
gebouw niet alleen vol plichtsbetrachting zul
len werken, maar dat zij er ook een stuk le
vensvreugde mogen vinden. Gaarne aanvaar
den wij het door u namens het personeel aan
geboden geschenk in de vorm van een wand
tapijt. Wij vinden het bijzonder mooi, mijnheer
Le Loux, en ik heb al gezien dat het in de kas
hal een zeer fraaie plaats heeft gekregen.
Ik grijp deze gelegenheid ook gaarne aan
om het personeel te danken niet alleen voor
de ijver en toewijding, waarmee zij hun werk
steeds hebben verricht, maar zeer in het bij
zonder voor het enorme werk, dat een groot
deel van het personeel heeft verzet bij de
overhuizing vanuit een tiental plaatsen in
Eindhoven naar de nieuwbouw. Dat daarbij de
voorbereiding voor deze dag nog eens extra
inspanning heeft gevergd, laat zich begrijpen.
Gaarne dank ook voor hen die vooral bij de
voorbereiding van de bouw een belangrijke
functie hebben vervuld bij de coördinatie van
werkzaamheden van de architecten, de aanne
mer en de bank. Dank zij de enthousiaste me
dewerking van alle betrokken personeelsle
den is alles zonder stagnaties en op tijd -
ook vandaag weer - klaargekomen.
Ten slotte zou ik de velen, die bij gelegenheid
van de officiële opening een geschenk hebben
aangeboden, van ganser harte willen bedan
ken. Ik denk hier met name aan de KNBTB,
de economische instellingen van de landbouw,
de heren architecten, de aannemers, de zus
terinstellingen in Utrecht en Leuven. Ik zou
gaarne alle schenkers met name willen noe
men, maar om des tijds wille laat ik dit achter
wege.
Wanneer u, dames en heren, het bankgebouw
aanstonds gaat bezichtigen, zult u zien, dat
vele bevriende relaties hebben meegewerkt
om fleur te geven aan deze dag en dat velen
hebben bijgedragen tot een smaakvolle aan
kleding van ons nieuwe gebouw. Hun allen
zeg ik van harte dank en ik verzeker hun, dat
hun bijdrage bijzonder wordt gewaardeerd.
Wij vertrouwen erop, dat de zakelijke en
vriendschappelijke verhoudingen tussen hen
en onze instelling tot in lengte van jaren be
stendigd zullen blijven.
105