dit object een der hoofdlijnen van het uitein delijke aanschijn van het stadscentrum vorm heeft gekregen. Wij hopen en vertrouwen dat, mede ook door aanpak van derden, de omgeving van de nieu we boerenleenbank spoedig en volledig het aanzien zal krijgen dat in de stedebouwkundi- ge plannen onzer gemeente is vastgelegd. De waarnemend voorzitter van het bestuur deed in dit verband al een door mij gaarne onder schreven beroep op de Nederlandse Spoor wegen. Nieuwbouw en dienstverlening De Coöperatieve Centrale Boerenleenbank zal via de nieuwe en aangepaste accommoda tie ongetwijfeld haar dienstverlenende taak beter kunnen vervullen en daardoor in toene mende mate kunnen bijdragen tot het werk van het steeds groter wordende gebied dat is aangewezen op de dienstverlening van in Eindhoven gevestigde instituten. Deze ontwikkeling volgt de gemeente met bijzondere belangstelling. Dat is trouwens ge boden, sinds het relatief aandeel van de werk gelegenheid in de Eindhovense dienstensec tor niet minder dan 37,8% blijkt te bedragen en daarbij een sterk stijgende tendens ver toont. In procenten uitgedrukt bedroeg de toe neming van de werkgelegenheid in deze sec tor van 1960 tot 1965 5,4%. Daarbij is opvallend het aandeel dat de spaar banken hebben genomen. Ik wees reeds op de vele bijkantoren van onder andere de boe renleenbank de laatste jaren in Eindhoven opgericht, doch ik kan er aan toevoegen dat sinds 1 januari 1960 niet minder dan elf grote landelijke financiële instellingen als levens verzekeringsmaatschappijen, krediet- en hy potheekbanken bijkantoren in onze stad heb ben gevestigd. Ik moge, dit gememoreerd hebbende, mijn be toog besluiten, maar dan niet zonder eerst de wens en de verwachting te hebben uitgespro ken, dat het Coöperatieve Centrale Boeren- leenbankbedrijf, door en vanuit zijn nieuwe gebouw, ook nieuwe en krachtige impulsen zal bekomen, om zijn economische taak op so ciale basis ten bate van velen, steeds beter, omvangrijker en doeltreffender te vervullen. 95

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1967 | | pagina 21