met name na 1945, ook wortelt in de andere
lagen van de Nederlandse samenleving. Wa
ren de boerenleen- en spaarbanken vroeger
inderdaad uitgesproken financiële instellin
gen van en voor agrariërs, nu zijn het de ban
ken van de boeren, burgers en buitenlui. Dat
desondanks de naam van Boeren leenbank is
gehandhaafd: een kniesoor die daarover valt.
Die verbreding van de cliëntenkring van de
instelling komt in onze stad wel zeer duidelijk
tot uiting. Het agrarisch deel onzer bevolking
loopt voortdurend terug. In de snel uitgroeien
de stad is dat onvermijdelijk. Sinds 1 januari
1960 werden hier 80 landbouwbedrijven door
de gemeente aangekocht, met een oppervlak
te van ongeveer 900 hectaren. Desondanks
hebt u uw debiet in onze stad sterker weten
op te voeren, getuige nog niet zozeer uw
nieuwbouw hier, als wel het niet geringe aan
tal spaarbankkantoren, dat u als dependances
de laatste jaren in onze stad hebt gevestigd.
Is er dus reden tot vreugde en voldoening
voor u, bestuur en directie van de Coöperatie
ve Centrale Boerenleenbank, zij is er ook voor
het Eindhovense gemeentebestuur. Ook ons
doet het deugd dat dit bouwwerk is voltooid.
Dat heeft ook ons hoofdbrekens gekost. Het
oprichten van een zo groot gebouw in het hart
van de stad plaatste ook de gemeente voor
niet eenvoudige opgaven. Er moest ruim baan
gemaakt worden voor het bouwwerk, dat wil
zeggen er moesten tientallen woningen en
bedrijfspanden worden ontruimd en geamo-
veerd. Het elders onderdak brengen van de
daarbij betrokken personen en bedrijven is
mede in verband met het nog altijd bestaande
tekort aan woningen en winkelpanden in on
ze stad een lastige bezigheid geweest. Boven
dien moest de bank behoorlijk bereikbaar wor
den gemaakt, dat wil zeggen de nodige wegen
moesten tijdig worden aangelegd. Het heeft
wel eens gespannen tussen het tempo van
voortgang van de bouw en het volbrengen van
onze verplichtingen, maar ik heb het gevoel
dat wij het de architecten en aannemers alles
bijeen niet al te moeilijk hebben gemaakt.
93