gulden bedroegen; dat laatste is ruim 18 pro
cent van het totaal.
De spectaculaire groei van het bedrijf der boe
renleenbanken is vanzelfsprekend gepaard ge
gaan met een wijziging in de aard in het
dienstbetoon dat deze banken bieden. In het
begin beperkten de landbouwkredietbanken
hun diensten hoofdzakelijk tot het contant
verlenen van voorschotten en het aanvaarden
van contante stortingen op spaarrekeningen.
Daarin is geleidelijk verandering gekomen.
Niet alleen is bij de agrarische klantenkring
de geneigdheid toegenomen, op ruimere
schaal gebruik te maken van de diensten van
een bank, ook leidde de verstedelijking van
het platteland en de vestiging van niet-agra-
riërs aldaar tot verstedelijking van de klan
tenkring van de boerenleenbanken. Door deze
wijzigingen werden deze banken genoopt ge
leidelijk alle diensten te verrichten, die reeds
eerder door de handelsbanken werden ver
leend. Ook ontstonden er meer gevarieerde
mogelijkheden om gelden bij de boeren
leenbanken in te leggen. Naast de oorspron
kelijke spaarrekening met onmiddellijke op
eisbaarheid ontstonden termijnspaarrekenin
gen, over het tegoed waarop met inachtne
ming van kortere of langere opzeggingster
mijnen kan worden beschikt. Ook bemiddelen
de banken bij aan- en verkoop van effecten
en belasten zij zich met de bewaring daarvan.
Deze ontwikkeling duidt op een zekere bran
chevervaging ten opzichte van de handelsban
ken. Deze laatste hebben er ook toe bijgedra
gen, het dienstenpatroon van handels- en
boerenleenbanken dichter bij elkaar te bren
gen, doordat zij zich in de naoorlogse periode
sterk zijn gaan toeleggen op de aantrekking
van spaargelden van het grote publiek
Contacten met de overheid
Gezien de plaats en functie van de landbouw
kredietorganisaties zijn de contacten welke
met de overheid worden onderhouden, vele
en belangrijke. Ik noem hier bijvoorbeeld het
Borgstellingsfonds voor de Landbouw. Daar
naast wil ik wijzen op de bezitsvormingspoli-
tiek van de Nederlandse overheid, waaraan
de boerenleenbanken in hun kwaliteit van
spaarinstellingen in belangrijke mate meewer
ken. Als financiers van de landbouw zijn zij
nauw betrokken bij de Europese landbouwpo
litiek, die in EEG-verband wordt vastgesteld.
Als bankiers zijn de centrales op grond van
de Wet Toezicht Kredietwezen onderworpen
aan het toezicht en de kredietbeperkende
maatregelen van de Nederlandsche Bank, ter
wijl zij in ditzelfde kader een toezichthouden
de taak op de bij hen aangesloten boeren
leenbanken gedelegeerd hebben gekregen.
De Nederlandse economie
De gang van zaken bij de landbouwkredietin
stellingen kan men niet los zien van de alge
mene economische ontwikkeling in ons land.
Ik wil daarover tot slot gaarne nog enkele op
merkingen maken.
De toestand in ons goede land kan men met
een wat afgezaagde beeldspraak typeren
als een mengeling van licht en schaduw. In
de beeldspraken blijvend, ditmaal ontleend
aan onze weerberichten, zou men kunnen aar
zelen tussen 'bewolkt met tijdelijke opklarin
gen' en 'overdrijvende wolkenvelden'. U voelt
de nuance. Om alle aarzelingen verder van
ons af te schudden en toch nog in de over
drachtelijke sfeer te blijven zou ik willen zeg-
89