Duidelijkheid of onduidelijkheid
STATISTISCHE GEGEVENS
In de afgelopen weken is de Nederlandse bevolking geconfronteerd met vele duidelijkheden en onduidelijkheden
in het politieke leven. In de laatste maand van het vorig jaar was ook de financiële ontwikkeling bij de boeren
leenbanken niet voor iedereen zomaar duidelijk. Er zijn verschillende symptomen aan het licht getreden, waarvoor
nog geen definitieve verklaring kan worden gegeven.
Zoals blijkt uit een analyse van de hierbij afgedrukte balansen, zijn de toevertrouwde middelen in december van
het vorig jaar met f 49 miljoen gedaald. Deze daling is groter dan in december 1965, hoewel de toevertrouwde
middelen toen onder druk stonden van een versterkte vraag naar goederen, tengevolge van de toen aangekon
digde verhoging van de belastingtarieven, welke verhoging op 1 januari 1966 zou ingaan.
Weliswaar stegen de spaargelden ten opzichte van november 1966 met f 13 miljoen, maar het tegoed, dat de re
keninghouders in rekening-courant aanhouden, daalde met f 65 miljoen. Deze daling valt nog meer op wanneer men
haar vergelijkt met de daling in de jaren 1964 en 1933. In verband met de reeds hierboven vermelde druk
is de juistheid van een vergelijking met de laatste maand van 1965 voor bestrijding vatbaar. In de jaren 1964 en
1963 werd respectievelijk slechts 15 miljoen en 21 miljoen gulden meer af dan bijgeschreven. De kredieten in re
kening-courant stegen in december van het vorig jaar eveneens aanzienlijk meer dan men op grond van de cijfers
van het voorafgaande jaar zou verwachten. Het uitstaande saldo nam met ruim 35 miljoen gulden toe, te vergelij
ken met 16 miljoen gulden in 1964 en 18 miljoen gulden in 1963. Een afdoende verklaring voor deze ontwikkeling
van het rekening-courantverkeer is momenteel nog moeilijk te geven. Het is niet onmogelijk, dat in verband met
de aangekondigde renteverhoging op de voorschotten met ingang van 1 januari van dit jaar extra aflossingen op
deze rekeningen hebben plaatsgevonden. Het hoge bedrag van de aflossingen ad 57 miljoen gulden wijst enigs
zins in deze richting. Deze extra aflossingen zouden wel eens gefinancierd kunnen zijn uit de tegoeden of kredie
ten in rekening-courant.
Ondanks deze daling van de toevertrouwde middelen en de stijging van de uitzettingen vertonen de liquiditeiten
mede als gevolg van de ontvangen rente op voorschotten een toeneming van f 30 miljoen.
Spaarbeweging
In de eerste maand van 1967 is door de spaarders van de boerenleenbanken f 255,6 miljoen gestort en f 229,2 miljoen
opgevraagd; zodat er een spaarsaldo resulteert van 26,4 miljoen, hetgeen aanzienlijk meer is dan in de eerste
maand van het vorig jaar toen de stortingen de terugbetalingen met f 15,4 miljoen overtroffen.
Bij de overige spaarinstellingen bedroegen de spaarresultaten: RPS f 15,6 miljoen, CCRB f 14,5 miljoen en de
Nederlandse Spaarbankbond f 38,1 miljoen.
74