Daar mag het stormen boven op J bouw zag dezer dagen een haastig-zenuwach tige jongeman in de hal heen en weer ijsberen. De man verlangde kennelijk naar een snel ein de aan de keten van telefoontjes die de por tier bezighielden. Toen het eindelijk zover was vroeg hij de weg naar de kraamafdeling. Zijn vrouw had daar, zo zei hij, zojuist het leven geschonken aan een baby. Alras bleek dat de jonge vader niet in dit maar in 'dat andere' nieuwe gebouw moest zijn: het Diaconessen- ziekenhuis dat, dicht bij onze nieuwbouw in Woensel, onlangs is gereedgekomen. Wijl re In de plaats waar het bier wordt gebrouwen 'waar Limburg trots op is', Wijlre, nam de boe renleenbank een nieuw bankgebouw in ge bruik. Dat de bank in de plaatselijke gemeen schap van Wijlre een vooraanstaande plaats inneemt, bleek wel uit de grote belangstelling bij de opening. Voorzitter Janssen besloot zijn dankwoord bij de opening met de volgende declamatie: Een boer zijn kop, daar zit wat in; Een vast gedacht, een vrome zin. Een boer zijn kop; Daar roept de plicht, daar moet hij staan, Daar wenkt het licht, daar zal hij gaan, Een boer zijn kop, daar komt wat uit! Een boer zijn hand, daar zit wat in; Een mild geweld, een taai gewin. Een boer zijn hand! Daar ligt het trouwe, schone land, Daar snijdt de ploeg, daar blinkt de vore, Daar maait de zeis, daar ruist het koren Een boerenhand, daar komt wat uit! Een boer zijn hart, daar zit wat in; Een wakkere moed, een reine min. Een boer zijn hart, Dat dwingt de nood, dat kraakt de smart. Dat slaat zo vrij, zo eerlijk warm. Dat hart is nooit aan vreugde arm Een boer zijn hart, daar komt wat uit! Peter Pal Mozaiekafbeelding van de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank, gemaakt door de heer A. Smulders, kassier van de boerenleenbank te Aarle-Rixtel

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1967 | | pagina 30