Van hier
Aanpassing spaarrente RPS
De Rijkspostspaarbank heeft de rente op ge
wone spaarrekeningen aangepast aan het
reeds algemeen geldende niveau van 31/2%,
door het rentetarief op die rekeningen met in
gang van 1 januari 1967 te verhogen tot 3,48%.
De rente op jeugdspaarrekeningen en premie
spaarrekeningen beloopt vanaf die datum
3,96%. De Rijkspostspaarbank heeft altijd ge
werkt met tarieven die deelbaar zijn door
twaalf. Dat stamt nog uit een tijd toen elk
rentebedrag met de pen op het papier moest
worden uitgecijferd. Toen was dat natuurlijk
reuze handig.
Bij de Rijkspostspaarbank kan men ook op
gewone, dus direct opvraagbare spaarreke
ningen toch niet het hele bedrag ineens op
nemen. Tot nu toe was het werkelijk direct
opneembare bedrag beperkt tot duizend gul
den in vier weken. Vanaf 1 januari 1967 is
het tweeduizend gulden in de vier weken.
De overige voorwaarden en rentetarieven
blijven gelijk, ook de rente op beleggings
rekeningen van 4, 41/2 en 5 procent bij opzeg
gingstermijnen van achtereenvolgens drie, zes
en twaalf maanden. Eveneens blijven de kor
tingen van kracht die bij de rentebetaling
worden ingehouden als de spaarder zijn geld
onverwacht nodig heeft. Die kortingen zijn
vastgesteld als vaste percentages van het op
genomen bedrag, ongeacht de vraag hoe lang
het geld op de rekening gestaan heeft.
Nationale Coöperatieve Raad
Op 11 januari nam prof. dr. H. J. Frietema af
scheid als directeur van de Nationale Coöpe
ratieve Raad. Sinds zijn benoeming in 1938
heeft hij met zijn markante persoonlijkheid,
een stempel gedrukt op de werkzaamheden
van de Raad. Hij bezit een analytische geest
en beschikt over de gave zijn visie met alle
helderheid te ontvouwen, zowel in persoon
lijke gesprekken als in geschrifte. Aan deze
overdracht van ideeën heeft hij veel tijd be
steed en tal van mensen in de coöperatieve
wereld, in en buiten Nederland, zullen kunnen
getuigen dat zij hun inzichten mede aan hem
ontlenen. Onder zijn leiding is de Nationale
Coöperatieve Raad een centrum van gedach-
tenwisseling geworden. Hijzelf placht te zeg
gen dat de taak van de Raad bestond in het
zetten van accolades: een uitdrukking voor
de door hem nagestreefde losse vorm van
overkoepeling van allerlei instituten die zich
laten leiden door de coöperatieve beginselen.
Moeilijkheden zijn hem, ook in zijn persoon
lijk leven, niet bespaard gebleven. Maar zijn
wilskracht is daardoor niet gebroken. Onze
beste wensen vergezellen hem op zijn verdere
levensweg. Professor Frietema's naaste me
dewerker, de heer C. R. Tybout, is tijdens de
algemene vergadering van de Raad op 11
januari tot zijn opvolger benoemd. Wij wen
sen hem graag alle succes.
22