r\ueiM< Op de dag van inschrijving was de belang stelling voor deze obligaties dan ook groot. De BNG maakte daarom van de in de pros pectus opgenomen clausule gebruik door ver hoging van het leningsbedrag tot het maxima le, te weten 200 miljoen. Op de toewijzing moest zelfs een behoorlijke reductie worden toegepast. Dat deze overtekening niet reëel was bleek echter al spoedig uit het koersverloop van de nieuwe lening. Reeds op de eerste dag van verhandeling bleek de uitgiftekoers niet te kunnen worden opgebracht. Bij de toewijzing waren kennelijk nogal wat stukken in handen gekomen van effectenhandelaren, die vaak met hun provisie genoegen nemen, en de ver kregen stukken op de beurs trachten over te doen aan inschrijvers die niet aan hun trek ken zijn gekomen. Veel van dit op de beurs aangeboden mate- Gemiddelde looptijd in jaren per 1-1-1967 30-9-1966 28-10-1966 perpetueel 3 Ned. Grootboek 51 (5,97%) 511/2 (5,92%) 20% 3%% Nederland 1947 703/8 (6,17%) 687/8 (6,34%) 143% 6%% Nederland 1966 977/s (6,49%) 96ii/, 6 (6,63%) 133% 3%% Nederland 1954 l-ll 745/ g (6,48%) 741/4 (6,54%) 13% 33/4% Nederland 1953 79 (6,48%) 781/2 (6,56%) 12 4%% Nederland 1960 11 841/4 (6,65%) 831/2 (6,77%) 10% 4 Nederland 1961 821% (6,68%) 813/4 (6,77%) 9 4%% Nederland 1959 851/2 (6,61%) 855/8 (6,59%) 8 3 Ned. Grootboek 1946 813/4 (6,47%) 811/2 (6,26%) 5 3%% Nederland 1951 871/2 (6,77%) 875/u (6,82%) 3,8 41/2% Nederland 1946 (10j.) 927/8 (6,76%) 93 (6,72%) 6536

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 26