Deze prijsstijging is echter kunstmatig be perkt en zij zou aanzienlijk hoger zijn geweest wanneer niet Amerika regelmatig tegen een constante en laaggehouden prijs zilver afle verde uit de enorme zilvervoorraden die dat land bezit. De achtergrond van dat ingrijpen is deze, dat ook de Verenigde Staten zilveren munten hebben, waarvan de metaalwaarde bij een verdere stijging van de zilverprijs zou uitstijgen boven de nominale waarde. De Amerikaanse zilveren munten zijn de dime (het dubbeltje), de kwart dollar, de halve en de hele dollar. Zij bestaan allen uit eenzelfde zilver-koper-legering en hebben dus ook het zelfde gehalte van 900/1.000 - veel hoger dus dan de Nederlandse munten. Aan dat ge halte en ook aan hun gewicht is in Amerika gedurende 175 jaar niet getornd, maar in de laatste tijd is ook Amerika deze zilvermunten aan het vervangen, ten dele (de dimes en de kwartjes) door munten van koper en nikkel, ten dele (de halve dollars) door munten die veel minder zilver bevatten (400/1.000). De zilveren dollar zelf, waaraan men officieel niets heeft gewijzigd, wordt in feite niet meer geslagen. sentijd blijven ook de oude geldstukken in om loop en zij zullen slechts geleidelijk aan de cir culatie worden onttrokken. Het is bij dit alles grappig te bedenken dat de vroegere zilveren gulden bij de huidige zil verprijs 1,08 aan zilver waard zou zijn, de op dit moment circulerende gulden heeft een zilverwaarde van ongeveer 70 cent. De nieu we gulden gaat niet meer kosten dan 8 cent, alles inbegrepen: zowel materiaal als arbeidsloon en afschrijving op de persen. En op diezelfde wijze berekend zal de nieuwe rijksdaalder 12 cent kosten. Een echte natio nale verarming blijkt daar natuurlijk helemaal niet uit. Maar wie deze cijfers hoort, kan zich toch indenken dat minister Lieftinck in 1948 liever met zilver bleef werken. Nu is ook Nederland zover, dat er een wets ontwerp is ingediend tot invoering van nik kelen guldens en rijksdaalders. Zij zullen prak tisch dezelfde samenstelling krijgen als de kwartjes en dubbeltjes; de gulden blijft daarbij even groot en bijna even zwaar, de rijksdaal der wordt iets kleiner en zal nog slechts 10 in plaats van 15 gram wegen. Het zal een vijftal jaren duren voordat de nieuwe munten in de gewenste hoeveelheid in omloop zijn - de daarvoor benodigde persen moeten door 's Rijks Munt nog worden gekocht. In die tus- Het industriegebruik van zilver ging in de laatste jaren met sprongen omhoog 6502

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 32