Bouwen in Nederland In de maand juni zijn in vergelijking met dezelf de maand van vorig jaar, 20% minder huizen in aanbouw genomen. Een duidelijke terugloop dus. 'De bouwondernemer', het blad van de Nederlandse bouwers, meent nu dat de stagna tie in de bouwactiviteit nog sterker is dan blijkt uit deze daling, die alleen slaat op het aan tal malen dat in juni een eerste spade de grond inging. Men moet er immers rekening mee houden, zo schrijft het blad, dat een groot deel van de in deze zomermaanden aangevangen particuliere woningbouw financieel is voorbe reid in een tijd waarin het nog iets minder moei lijk was om aan geld te komen. Meestal ver loopt er nogal wat tijd tussen het moment waar op de bouwlustige particulier zijn bouwplan rond heeft, en de dag waarop de aannemer met zijn personeel met de bouw mag starten. De bouwondernemers verwachten en vrezen dan ook een toenemende terugloop van de woning bouw als gevolg van de toenemende kapitaal- schaarste en de rentestijging. Met deze wat sombere aanloop duiken we in het zeer uitvoerige, keurig uitgegeven jaarver slag van de Centrale Directie van de Volkshuis vesting en Bouwnijverheid. Een jaarverslag over de betere tijden van 1965, toen met het gereedkomen van honderdvijftienduizend wo ningen een nieuw bouwrecord werd gevestigd. Vorig jaar kwam men met dit aantal aardig in de buurt van het streefgetal van ruim tiendui zend woningen per maand of 125 duizend per jaar. Wie de bouwactiviteit van dit moment ver gelijkt met de bouwcijfers van vorige jaren, ziet een duidelijke vermindering in de woningbouw. Op het moment waarop men zo langzaamaan de sterftedatum van onze grootste volksvijand de woningnood kan gaan berekenen, beginnen zijn levenskansen weer te stijgen. Naast de geldschaarste en de rentestijging die minister Bogaers' activiteiten nu al beperken, zal de minister ook de invloed bespeuren van het groeiende aantal woningzoekende trouwlusti gen, die het levenslicht zagen tijdens de ge boortegolf na de oorlog. De laatste twintig jaar werkte men met volle kracht aan een oplossing van het woningvraag stuk. Dat temporijden had als schaduwkant dat minder werd gelet op de kwaliteit van de wo ning of het bedrijfsgebouw, zoals de mensen die verlangen in een tijd waarin de woningnood zal zijn opgeheven. Daarom is het loffelijk dat nu ook officieel de kwaliteit van de woningen meer aandacht krijgt. Per 1 januari 1966 wer den immers de nieuwe 'Voorschriften en wen ken voor het ontwerpen van woningen' van kracht. De overheid wenst sindsdien niet al leen grotere kamers, vloeren van betere kwa liteit en solidere bouwmaterialen, maar zij laat ook meer ruimte aan de woningontwerpers bij hun pogen om de woningmassa beter leefbaar te maken. 6453

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 15