uur naar Den Bosch, waren om ongeveer half acht daar en gingen eerst in de stationsrestau ratie een kop koffie drinken en een amandel broodje eten. Maar anderhalf uur is lang, want om negen uur ging de Nederlandsche Bank pas open en dan ging het erover of we op kosten van de centrale bank nog een tweede amandelbroodje zouden durven nemen. De heer Gast durfde deze belangrijke beslissing een enkele maal aan, maar ik had wel de in druk, dat hij later met lood in zijn schoenen de onkostenrekening ging aanbieden. Dat geld halen ging overigens niet per auto. Die had de bank in de eerste jaren nog niet. Wij namen daarvoor een witkiel in de arm, als we met volle koffers van de Nederlandsche Bank naar huis gingen. De witkiel bracht de koffers op zijn fiets van de Nederlandsche Bank naar het station, met achter hem aan de heer Gast en ik. Op het station gekomen wa ren wij op onze hoede, want dan liep de witkiel over de rails. Een van ons liep dan vlug naar het tweede perron, waar onze trein vertrok, om hem op te vangen, want je kon nooit we ten! In die van tevoren vastgestelde trein, die meestal nogal druk was, bleven wij dikwijls maar op onze koffers in de loopgang zitten, ook al werden we door een conducteur ge maand om onze koffers maar in het bagage net in een van de coupé's te plaatsen'. Wij slaan nu een hele periode over en komen terecht in de jaren van de tweede wereldoor log, die begon toen de heer Tops al 18 jaar goedkeuringsaanvragen voor kredieten en voorschotten behandelde. 'In de oorlogsjaren kreeg de directeur, dr. Huysmans, gedaan dat de heren Van Poppel, Lambert en ik werden ingeschreven als lid van de Crisis-Zuivel-Centrale. De bedoeling daarvan was, dat wij nu zelf een varken moch ten houden en vetmesten. De varkens werden bij mij en de andere heren thuis geslacht. Ik werd aangewezen om toezicht te houden bij de verwerking en het wegen van het vlees en de verdeling ervan. Drie dagen heb ik in de slagerij op klompen rondgelopen en voorzover mogelijk toezicht uitgeoefend, leder perso neelslid van de bank kreeg naargelang het aantal huisgenoten zijn portie van de varkens toebedeeld. Al het vlees werd verwerkt tot worst, zodat niet de een de karbonaden en de ander alleen het spek kreeg. Nog wel zes jaar nadien kwam men van de Crisis-Zuivel-Cen trale steeds vragen of ik varkens hield. Op de duur heeft men mij maar als lid geschrapt. De heer Huysmans wist ook de oproepen die ik van de Duitsers kreeg om te gaan spitten in Zeeland, ongedaan te maken door mij te benoemen tot schlüsselführender Beamte. Er waren er al diverse, maar ik kon er nog wel bij. Sleutels kreeg ik overigens niet; die wa ren op. Er is in die jaren veel gebeurd. Toen de bevrij ding kwam moesten alle oudere personeels leden naar het veemgebouw van Philips om de gelden en geldswaardige papieren in ont vangst te nemen van de Limburgers, die in tussen moesten evacueren. Het was toen zo'n beetje dag- en nachtwerk, waarbij wij werden gehaald door vrachtwagens van het Engelse of Amerikaanse leger. Na de bevrijding van het zuiden stonden de werkzaamheden zeker voor de voorschot- en kredietafdeling niet stil. We hebben toen geas sisteerd bij het letterlijk zuiver maken van ef fecten en andere geldswaardige papieren, die op de erven van boerderijen in de pas bevrij de dorpen werden gevonden. Tot laat in de 6405

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 11