drijfsovername een mogelijkheid zou willen scheppen voor een bedrag a fonds perdu of voor een rentesubsidie, dan zou men bijvoor beeld voor een gemengd bedrijf van tien hec taren als norm kunnen stellen dat er ten mins te 12 koeien en 100 mestvarkens aanwezig moeten zijn. Komt er nu een aanvraag van een jongeman, die wat conservatieve ouders heeft gehad en die nog met 5 koeien en 20 varkens en een paar kippen zit, dan moet men zeggen: neen, mijnheer, het gaat niet! Men zou dan wel eens een geheel verkeerde keus kunnen doen, want het is niet uitgesloten dat een jongeman die een goed bedrijf geërfd heeft, zelf als ondernemer voor de toekomst minder goed is dan de andere, die op een bedrijf zit dat volgens de norm niet in aanmerking komt. In de praktijk wordt de uitvoering van deze zaak uiterst moeilijk. Wij zijn op het ministerie van Landbouw, met de minister aan het hoofd, tot nu toe uitermate huiverig voor deze kunst matigheden, hoewel men die elders al lang toepast. Wij zijn dit ook juist door de ervarin gen, die men in andere landen daarmee heeft opgedaan. Doen wij in Nederland nu helemaal niets op dit terrein? Ik meen te mogen zeggen, dat wij in derdaad wel iets doen. Ik heb het Borgstellingsfonds al genoemd en erop gewezen, dat door het bestaan van dit fonds de rente lager kan worden gehouden. In de tweede plaats doen wij op het gebied 6350

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 28