sen de verschillende landbouwgebieden zijn echter opvallender. Met name blijkt dat de in vesteringen in de akkerbouwgebieden zowel op pacht- als op eigenaarsbedrijven in 1963 en 1962 achterblijven bij die in de andere ge bieden. Verder bestaat er een relatie tussen de mate waarin de veredelingslandbouw wordt uitge oefend en de totale schuldenpositie. Deze is per hectare groter naarmate de veredeling een belangrijkere rol speelt. Naarmate de graad van veredeling stijgt, klimt ook de ge middelde schuldenlast. Bedrijven met meer dan 60% veredeling kunnen als sterk gespe cialiseerd worden aangemerkt. Voor wat de voorziening in de lange kredietbehoeften be treft, steunen de veredelingsbedrijven sterk op de landbouwkredietbanken. In het voorgaande zijn de voornaamste ver mogensverschaffers aan de landbouw ge noemd. Er zijn echter nog andere instellingen en particulieren dan familieleden, boerenleen banken en leveranciers. Onder de instellingen kunnen handelsbanken en hypotheekbanken, financieringsmaatschappijen, verzekerings maatschappijen en pensioenfondsen worden gerekend. Particulieren verschaffen onder meer hypothecaire leningen via notarissen. Met name de genoemde institutionele beleg gers vormen samen nog een financierings bron met een omvang van betekenis. Zij zoe ken naar waardevaste beleggingen. Gezien de voortgaande inflatie zal de interesse voor grond en gebouwen bij deze maatschappijen en fondsen wel blijven bestaan. Of de land bouwer er ook interesse voor zal hebben zal afhangen van hun financieringsvoorwaarden. Wij betwijfelen of deze leningen ook relatief belangrijker zullen worden. Daarvoor lijken ons de aan het licht gekomen verhoudingen tussen de posten op de creditzijde van de ba lans, en met name de groeiende betekenis van de boerenleenbanken, te duidelijk een andere richting uit te wijzen. Het algemene beeld dat door de inventarisatie op het terrein van de financiering van de land bouwbedrijven is verkregen, is niet ongunstig. De omvang van de schuldenlast is gemiddeld per hectare niet buitensporig. 6304

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 14