Koerstabel 28-1-1966 25-2-1966 3y2% Nederland 1947 76y4 (5,43%) 75 (5,60%) 5%% Nederland 1965 11 961/2 (6,13%) 94% (6,38%) 3%% Nederland 1954 l-ll 771/2 (5,84%) 76% (5,98%) 5%% Nederland 1964 1 91% (6,24%) 89% (6,45%) 3%% Nederland 1953 80% (6,24%) 79% (6,32%) 4 Nederland 1961 84% (6,27%) 83 (646%) 3i/2% Nederland 1956 81% (6,26%) 80% (6,43%) 41/2% Nederland 1960 1 89 (6,18%) 87% (6,44%) 4%% Nederland 1959 87% (6,22%) 859/i6 (6,51%) 3 Ned. Grootboek 1946 81"/i6 (6,06%) 80% (6,25%) 41/2% Nederland 1964 (10 j.) 94% (6,17%) 9313/i< s (6,26%) wacht had. Eind vorig jaar had de Hoogovens namelijk bekend gemaakt, dat pas in de loop van 1968 een zekere liquiditeitskrapte zou kun nen ontstaan in het kader van het voorgeno men investeringsprogramma. Deze uitgifte moest echter volgens mededelingen van de Hoogovens worden gezien in het licht van een voorzichtige financieringspolitiek, die door het concern gevoerd wordt en geenszins als een angst voor een nog verdere stijging van de rente. Op 7 maart stond deze inschrijving open. De storting op de toegewezen obligaties zou op 4 april moeten geschieden. Aangezien de emissievoorwaarden zeer ruim waren gesteld bestond nauwelijks twijfel aan het welslagen van deze emissie. Behalve genoemde emissies kondigde de Me- neba - Meelfabrieken der Nederlandsche Bak kerij - een converteerbare obligatielening aan van f 10 miljoen met een rente van 6%%. Hier op kon op 11 maart, dus slechts enkele dagen na de uitgifte van de Hoogovens, worden inge schreven en wel in de verhouding van 1 obli gatie op 2 aandelen. Dit is slechts een greep uit de vele emissieaan kondigingen die de laatste tijd het daglicht za gen. Het spreekt vanzelf dat het koerspeil op de obligatiemarkt en indirect ook op de aandelen markt hierdoor sterk werd beïnvloed en dat de stemming op de effectenbeurs mede hierdoor gekenmerkt werd door een grote lusteloos heid. Verwacht mag worden dat deze emissie stortvloed nog niet geëindigd is. 6287

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 25