de wijze waarop u de u opgedragen taak hebt vervuld. Uw rijke persoonlijkheid, uw eigen manier van benadering van de mens, hebben veel bijgedragen tot de succesvolle realise ring van de plannen welke door het bestuur in overleg met de directie waren ontworpen. De overtuiging dat het centrale doel van de bank niet is winstbejag, maar bestaat in de verbe tering van het leefmilieu van de mens door hem telkens betere financieringsmogelijkhe den te verschaffen, zal u bij de uitvoering van die taak zeker tot steun geweest zijn, omdat dit doel zozeer strookt met uw persoonlijke neigingen. Aan dit werk gaat nu een einde ko men. Dit werk dat u zo goed lag, dit werk dat u zo graag deed, maar het einde moet komen omdat de statutaire voorschriften dat nu een maal vergen. Ik weet dat u een van die zeldzame maar ge lukkige persoonlijkheden bent die de moed en de kracht hebben om het einde van uw betrek king, van uw functie te zien naderen; ja, om daar naar toe te groeien en om het per slot van zaken te aanvaarden. Maar ik voel toch dat er iets in uw hart moet zijn wat u pijn doet bij dit afscheid, omdat ook dit afscheid, even als ieder vertrek, altijd de gedachte doet op komen, zo niet aan verbreking, dan toch aan slapper worden van de banden die u met uw collegae en met de vele andere vrienden die u zich verworven heeft, verbonden houdt. Maar ik zou u dan willen zeggen: u moet deze angst toch niet te sterk hebben want de cen trale bank zelf zal in u steeds blijven zien een uitstekend directeur, een wijs man die in woord en daad zeer veel voor de centrale bank heeft gedaan. Zodoende zullen de vruch ten van uw verleden u in de toekomst voor ons doen leven. En ook uw vele vrienden zullen niet licht de man vergeten die meer bereid was diensten te bewijzen dan om ze te vragen. Het is een goede gewoonte geworden bij fees telijkheden als deze ook de echtgenote van de scheidende functionaris in de hulde te be trekken. Het is een gebruik dat zeer zinvol is, meestal, maar zeer zeker vandaag. Mevrouw Claessens, het is mij bekend dat u steeds een huiselijke sfeer hebt weten te scheppen waar in de heer Claessens rust kon vinden en het nodige herstel van krachten kon vinden om de volgende dag weer zijn functie te aanvaarden. Ik weet ook dat de heer Claessens u vaak te leurgesteld heeft, wanneer hij met grote sta pels dossiers thuiskwam en u hem vele aange name uurtjes, misschien wel avonden, hebt moeten missen terwille van de bank. Ik dank u voor dat alles. Het moge u een voldoening zijn dat u de overtuiging kunt hebben dat u daardoor het levenswerk van uw man mee hebt helpen volmaken. Hetzelfde geldt ook, zij het misschien in mindere mate, voor de kinderen. Maar hoe dit ook zij, ik dank u, mevrouw Claessens, en het hele gezin, voor de steun die gij man en vader gegeven hebt om zijn werk zo keurig en zo voortreffelijk te kunnen uitoefenen. En nu zou ik willen eindigen, mijnheer Claes sens, met u nogmaals heel hartelijk te danken voor het heel vele wat u voor de centrale bank hebt gedaan, en met de hoop uit te spreken dat de toekomst nog veel geluk voor u gedu rende lange tijd in petto zal houden.' 2608

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 14