Samenwerking AFSCHEID VAN MR. CLAESSENS (toespraak van mr. Delhougne) Tijdens een zeer stijlvolle, feestelijke en van gezellige rumoerigheid gonzende bijeenkomst heeft directeur mr. F. J. F. Claessens op 21 de cember afscheid genomen van het bestuur, de directie en het personeel van de Centrale Boerenleenbank. De voorzitter van het bestuur van de centrale bank, de heer mr. Edm. Delhougne, begroette in zijn openingswoord, behalve het personeel, een groot aantal autoriteiten. Onder hen be vonden zich de burgemeester van de stad Eindhoven, ir. H. Witte, vertegenwoordigers van de Nederlandsche Credietbank, waaraan mr. Claessens als directeur was verbonden voordat hij directeur werd van de centrale bank, een vertegenwoordiging van de Cen trale Raiffeisen-Bank te Utrecht alsmede een groot aantal andere autoriteiten. In zijn openingswoord ging mr. Delhougne uit voerig in op de loopbaan van mr. Claessens, die een veertigtal jaren geleden begon met zijn benoeming tot directeur van de voorma lige Nederlandsche Landbouwbank, thans de Nederlandsche Credietbank. Hij releveerde de werkzaamheden van mr. Claessens bij deze Landbouwbank, die als dochterinstelling van de Centrale Boerenleenbank zich vooral bezighield met de financiering van de land bouwcoöperaties. Deze functie was een uit stekende voorbereiding voor de carrière van mr. Claessens als directeur van de Centrale Boerenleenbank. Mr. Delhougne schetste ver volgens de omstandigheden rond de benoe ming, twintig jaar geleden, van de nu schei dende directeur. Hij prees de activiteiten van de heer Claessens rond de opbouw van de vele boerenleenbanken welke op enigerlei wij ze door het oorlogsgeweld waren getroffen. Mede door het intensieve contact dat deze heeft gehad met de beheerders en kassiers van de boerenleenbanken kon een vruchtbare samenwerking ontstaan tussen de centrale bank en de plaatselijke banken. Deze samen werking heeft bijgedragen tot een snelle op bloei van de organisatie na de oorlog. Mr. Delhougne bracht ook hulde aan mr. Claessens voor zijn voortdurende bijdrage aan de voortreffelijke samenwerking tussen de raad van toezicht en het bestuur van de centrale bank enerzijds en de directie ander zijds. Hij wees nog eens op de grote rol welke mr. Claessens heeft gespeeld bij het tot stand brengen van het intensieve contact tussen de centrale bank en de plaatselijke banken. Mr. Delhougne bracht de scheidende directeur hiervoor alle hulde. Hij besloot zijn toespraak als volgt: 'Welnu, mr. Claessens, ik kan u zeggen dat u trots mag zijn, en de centrale bank is dat, op 2607

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1966 | | pagina 13