de taak schilderen, die voor een boerenleen bank in de polder is weggelegd om een bij drage te leveren tot de verhoging van de eco nomische weerbaarheid van streek en land. Ik sprak toen ook over de stroomversnelling in de tijd waarin wij leven, waarin het zoveel moeilijker is om de juiste koers te houden, in het bijzonder bij de ontwikkeling van nieuwe instellingen, die nog niet op de ervaring van een verleden kunnen terugzien. Hoezeer die stroomversnelling verhevigd is kan blijken, indien wij nog eens vergelijken hoe snel de omvang van zaken en activiteiten binnen het kader van onze boerenleenbank organisatie is toegenomen in dat betrekkelijke geringe tijdsverloop van nauwelijks vijf jaar. De groei van een organisatie Vijf jaar geleden (eind 1960) hadden de ge zamenlijke bij ons aangesloten banken ruim f 800 miljoen aan leningen uitstaan, vaste voorschotten en krediet in rekening-courant daaronder begrepen. Op zichzelf al een groot bedrag, is dit intussen toegenomen tot f 1.900 miljoen, derhalve bijna twee miljard gulden. Dat cijfer heeft alleen betrekking op de uit leningen die de plaatselijke banken zelf in eigen kring hebben gedaan. Daarbij komt nog eens f 180 miljoen aan uitleningen verstrekt door de Boeren-Hypotheekbank, hoofdzake lijk aan cliënten van boerenleenbanken die zelf geen voldoende middelen meer hadden om langlopende leningen te kunnen verschaf fen. De uitleningen van de centrale bank zelf zijn daarbij niet inbegrepen. In de versnelde groei van de kredietverlening op korte en lange termijn bij onze plaatselijke banken komen velerlei factoren tot uiting, waarvan ik er hier drie afzonderlijk zou willen noemen. Vooreerst de toegenomen investe ringen in de agrarische sector en de daarmee verband houdende behoefte aan vreemd ver mogen in de financiering van het landbouw bedrijf. Voorts de uitbreiding van de financie ringsmogelijkheden die onze organisatie ter hand heeft genomen, mede op aansporing van de Commissie Landbouwkrediet, en waarbij onder meer de oprichting van de Landbouw kredietverzekering 'Eindhoven' een gebeurte nis van betekenis was. Daarmee werd de mo gelijkheid geschapen voor de verstrekking van financieringsleningen anders dan op ba sis van klassieke zekerheden, dat wil zeggen op basis van de winstmogelijkheden van de agrarische onderneming. Dat daarbij de vak bekwaamheid van de ondernemer en de om vang en inrichting van het bedrijf een grote rol spelen behoeft nauwelijks te worden vermeld. Het bij deze maatschappij verzekerde bedrag ter zake van kredieten is inmiddels geko men op f 139 miljoen. Ter vergelijking kan hieraan worden toegevoegd, dat omstreeks dezelfde datum, dit is september 1965, aan garanties van het Borgstellingsfonds voor de Landbouw uitstond voor een bedrag van 210 miljoen, waarvan ongeveer de helft betrekking heeft op leningen van onze boerenleenbanken. Ten slotte is de kredietverlening van de boe renleenbanken gestimuleerd door de uitbrei ding van de klantenkring van de boerenleen bank in praktisch alle sectoren van de bevol king en in alle branches van het klein- en mid denbedrijf, een uitbreiding die sterk bevorderd is door de verstedelijking van het platteland. Van hun kant hebben onze boerenleenbanken zelf deze ontwikkeling begeleid door de uit breiding van het 'pakket' diensten dat zij aan- 2581

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1965 | | pagina 23