geen tegenpool hebben tegenover hun ver
diensten.
En hoe is het met het jeugdsparen gesteld?
Zoals men weet, zijn in diverse landen suc
cesvolle acties gevoerd om door speciale
spaarvormen, die op de tiener zijn afgestemd,
de spaarzin van het kind en de scholier tot
ontwikkeling te brengen. Het is belangrijk dat
de ouders zich al vroeg de moeite getroosten,
de jongeren aan te sporen om verstandig met
het geld om te gaan. Ze moeten daarbij niet
schools te werk gaan, maar ze moeten van
het begin af aan een beroep doen op het ge
zonde verstand, om zo te bereiken dat het
voor de jonge mens vanzelfsprekend wordt
zijn inkomen in twee delen te verdelen: een
te verbruiken gedeelte en een te sparen ge
deelte. Wie eenmaal met deze splitsing ver
trouwd is geraakt heeft daarmee de basis ge
legd voor een verstandig geldbeleid, ook op
het gebied van de privé-uitgaven, al zijn die
nog zo klein. Het maakt de jonge mens zelf
standig, in de beste zin van het woord, wan
neer hij het midden vindt tussen verspilling en
gierigheid, en het vervult hem met een gevoel
van vreugde als hij eraan gewend raakt, altijd
wanneer dat mogelijk is van elke ontvangst
een spaarduit op zij te leggen. Men kan zich
zowel aan iets goeds wennen als aan iets
slechts - ook en vooral in de tienerjaren.
Schweizer Raiffeisenbote
Smakelijk eten
'Smaken verschillen' zegt een oud spreek
woord, dat in bepaalde opzichten zijn glorie
tijd gehad heeft. Wat ons eten betreft ver
schillen de smaken namelijk niet meer zo veel.
Dat is het gevolg van onze naoorlogse gang
naar de welvaart door een oneindige kurke-
trekker. Tussen de boer, die voorheen in het
zweet zijns aanschijns de voedingsmidde
len aan de natuur ontwrong en de hongerige
consument heeft zich een derde partij ge
drongen. Een zeer belangrijke partij, die aan
consument en agrariër-producent haar wil op
legt: de levensmiddelenindustrie. Vrijwel alles
wat de landbouw produceert gaat door de me
chanische vingers van deze industrie; en zij
stelt daarbij haar eisen.
Regelmatige aanvoer, gelijkmatige kwaliteit en
een zo laag mogelijke kostprijs zijn eisen die
nu gesteld worden aan de landbouwprodukten
die nu 'grondstof' zijn geworden. Ongewild
heeft men door het stellen van deze eisen ook
de boer zelf veranderd. De hierboven beschre
ven hard ploeterende ploeger van weleer is
bezig een ondernemer te worden, die kapitaal
en arbeid aantrekt om granen, melk of eieren
te produceren. Zijn financiële succes is daar
bij ten dele afhankelijk van de mate waarin de
boer het zijn industriële afnemers naar de zin
kan maken.
Ook de consument moet zich echter aanpas
sen aan de efficiency-eisen van de levens
middelenindustrie De klant mag dan koning
heten, maar dit belet toch niet dat de eten
de mens die dit koningschap wil genie
ten, zich steeds meer op een eenheidssmaak
moet instellen. Kenmerk van de verwerking
van landbouwprodukt tot voedingsmiddel is,
dat er een voortreffelijk produkt op tafel komt,
dat echter voor een deel zijn oorspronkelijke
smaak heeft verloren. De aloude kwaliteits
waarderingen van geur, kleur en smaak wor
den geëgaliseerd.
Het beeld nadert, dat hele steden in fabrieken
gebakken en voorverpakt brood gaan eten,
2579