richting van een nieuw bedrijf of bij verande
ring van beroep.
Voorwaarde voor bijstand in zulke gevallen is
altijd dat de aanvrager als zelfstandige werk
zaam is geweest. Maar ook als aanvrager aan
deze voorwaarde voldoet, kunnen er omstan
digheden zijn die hem van bijstand krachtens
deze regeling uitsluiten. Dat is het geval als
hij (1) vanwege zijn gezondheidstoestand blij
vend ongeschikt is om een bedrijf of beroep
uit te oefenen; (2) de hoedanigheden mist die
vereist zijn voor de uitoefening van een be
drijf of beroep; (3) naar verwachting niet als
zelfstandige werkzaam zal blijven, ook al krijgt
hij ondersteuning; (4) niet in het bezit is van
de vergunning die voor zijn beroep of bedrijf
wettelijk vereist is; (5) voldoende geholpen
kan worden door kredietinstellingen; (6) de
leeftijd van 65 jaar heeft bereikt.
Periodieke uitkeringen
Wanneer de bijstand verleend wordt in de
vorm van periodieke uitkeringen, worden die
vastgesteld op een bepaald percentage van
het weekinkomen. Voor kostwinners is dat
75% van het weekinkomen, met een maximum
van 84; voor alleenstaanden 60% met een
maximum van 58,80 en voor thuiswonenden
45% met een maximum van 37,50.
Als de aanvrager naast deze bijstand nog an
dere inkomsten heeft, worden die geheel of
ten dele op de uitkering in mindering gebracht.
Dat geldt begrijpelijkerwijze allereerst voor
de netto-inkomsten uit bedrijf of beroep; die
worden ten volle in mindering gebracht. De
netto-inkomsten uit loondienst, pensioen,
wachtgeld en uitkeringen op grond van so
ciale verzekeringswetten, met uitzondering
2488
van de kinderbijslagwet, worden niet altijd ten
volle afgetrokken. Men berekent welk percen
tage die inkomsten in het totale inkomen uit
maakten en brengt dit percentage dan in min
dering op de verleende bijstand. Inkomsten
van de echtgenoot van de aanvrager worden
voor tien gulden per week vrijgelaten en van
het overige wordt de helft in mindering ge
bracht. Van de verdere inkomsten van de aan
vrager of zijn echtgenoot wordt drie gulden
per week vrijgelaten; de rest wordt volledig
afgetrokken.
Gedurende de tijd waarover de zelfstandige
een uitkering geniet krijgt hij tevens kinder
bijslag voor het kind (of de twee kinderen)
waarvoor hij geen wettelijke kinderbijslag ge
niet.
Ten slotte kan onder de periodieke uitkerin
gen ook een bedrag opgenomen worden ter
tegemoetkoming in vaste bedrijfslasten zoals
pacht, huur van bedrijfsruimte, telefoonabon
nement enzovoort, alles voorzover de zelf
standige betaling ervan verschuldigd is gedu
rende de tijd dat hij de uitkering geniet.
Kapitaalverstrekking
Bedrijfskapitaal kan verstrekt worden in de
vorm van een rentedragende geldlening, een
renteloze geldlening of een bedrag om niet.
De beslissing hierover ligt bij burgemeester
en wethouders. Het college is echter verplicht
vooraf advies in te winnen bij de commissie
voor de zelfstandigen.
Het komt natuurlijk dikwijls voor dat een aan
vrager al met bedrijfskrediet van derden
werkt, bijvoorbeeld van een bank. In dat ge
val pleegt de gemeente overleg met de kre
dietgevers, voorzover dat de doelmatigheid